1.3 Dierenrijk

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

1.3 Dierenrijk

Wanneer behoren twee organismen tot dezelfde soort?

Welke zes onderdelen heeft een plantencel?

Leerdoelen

• Je kunt de delen van een dier herkennen en benoemen en voorbeelden van dierlijke weefsels geven.
• Je kunt de onderdelen van een dierlijke cel benoemen.
• Je kunt de functies van de onderdelen van een dierlijke cel noemen. 

1. Je kunt de delen van een dier herkennen en benoemen en voorbeelden van dierlijke weefsels geven.

Een weefsel..

.. is een groep cellen met dezelfde vorm en functie.

2. Je kunt de onderdelen van een dierlijke cel benoemen.

Blauwe vinvis, het grootste dier (>30m.)

Pantoffeldiertje, het kleinste dier (0.3mm)

Hoe ziet een dierlijke cel eruit?

1. celmembraan

2. cytoplasma

3. celkern

Welke drie onderdelen heeft een plantencel wel en een dierlijke cel niet?

Huiswerk 1.3 di 11 nov 4e les

Bestudeer blz. 25 t/m 30.
Maken + nakijken opdr. 5, 6, 7, 9, 10 en 11.

Wat is waar?

1. Cel 1: Plantaardige cel Cel 2: Dierlijke cel
2. Cel 1: Bacterie cel Cel 2: Dierlijke cel
3. Cel 1: Dierlijke cel Cel 2: Plantaardige cel
4. Cel 1: Schimmel cel Cel 2: Plantaardige cel

Wat is een belangrijk kenmerk van dit organisme waardoor je hem kunt indelen in een klasse (groep)

1. Hij heeft een bruine huid.
2. Hij heeft een gespleten tong.
3. Hij wordt geboren uit een ei.
4. Hij beweegt zich voort zonder poten.

De stroperige vloeistof in de cel waar veel andere 'onderdelen' in liggen heet

1. Bladgroenstof
2. Vacuole
3. Celwand
4. Cytoplasma

Welk weefsel zie je op het plaatje

1. kraakbeen weefsel
2. beenweefsel

Zijn de grote hersenen een orgaan, een organenstelsel of een weefsel?

1. orgaan
2. organenstelsel
3. weefsel

In welke tekening is een weefsel aangegeven?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4