Variabelen en hun eigenschappen

Variabelen en hun eigenschappen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Variabelen en hun eigenschappen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je onderscheid maken tussen kwalitatieve en kwantitatieve variabelen en hun eigenschappen benoemen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over kwalitatieve en kwantitatieve variabelen?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Kwalitatieve variabelen - Ordinaal
Een ordinaal kenmerk heeft een volgorde of rangorde, zoals schoolniveau, aantal sterren in een recensie en tevredenheid.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Kwalitatieve variabelen - Nominaal
Een nominaal kenmerk heeft geen volgorde, zoals geslacht, politieke voorkeur en sportclub.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Kwantitatieve variabelen - Discreet
Een discreet kenmerk heeft geen tussenliggende waarden, zoals leeftijd, rapportcijfer en aantal boeken dat je hebt gelezen.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Kwantitatieve variabelen - Continu
Een continu kenmerk heeft alle tussenliggende waarden, zoals gewicht en lengte.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Is de variabele opleidingsniveau nominaal of ordinaal? Leg uit.

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Is de variabele "aantal vakken in je pakket" discreet of continu? Leg uit

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Is de variabele haarlengte discreet of continu?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Is de variabele "fruitsoort" nominaal of ordinaal? Leg uit

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Samenvatting
Herhaal kort de verschillende eigenschappen van kwalitatieve en kwantitatieve variabelen.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 13 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 14 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.