quiz les 2

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Voor 1848

Na 1848

Rijke burgers kiezen het parlement

Koning ontslaat ministers

Ministers luisteren naar parlement

Koning is de baas

Parlementaire democratie

Parlement ontslaat ministers

Hoe het deze man?

Wat is een constitutie?

1. Grondwet
2. Absoluut vorst
3. Een wetsvoorstel
4. Verkeersovertreding

Kies een kenmerk van de Parlementaire Democratie.

1. De regering regeert volgens grondwet
2. De regering en koning moeten zich aan de grondwet houden.
3. De koning heeft de meeste macht
4. De koning staat boven de wet.

Ik weet wat censuskiesrecht is?

ja

nee

Ik weet wat een constitutionele monarchie is.

ja

nee

Ik weet wat parlementaire democratie is.

ja

nee

Ik weet wat ministeriële verantwoordelijkheid inhoudt.

ja

nee

Ik weet wat trias politica inhoudt.

0100

Voor de verkiezingen

Tijdens de verkiezingen

Na de verkiezingen

verkiezingsprogramma opstellen

kandidaten vaststellen

campagne voeren

stemmen

regeerakkoord

formatie

aantal zetels word bekent gemaakt

ministers worden aangewezen

Kabinet

Regering

Coalitie

Ministers en staatssecretarissen

Koning en ministers

Partijen die na de verkiezingen samenwerken

Stelling: de oppositie steunt bijna altijd het kabinetsbeleid.

1. Juist
2. Onjuist

De partij van Rutte zit in de oppositie.

1. Juist

Wat is een coalitie?

1. Meerderheid van partijen
2. Samenwerkende partijen
3. Partijen die samen regering vormen
4. Overige partijen in de Kamer

Recht van amendement

Recht van budget

Recht van enquete

Recht van initiatief

recht van interpellatie

eerste kamer

tweede kamer