Les 6 Bespreken van ethische dilemma's

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 4

Les 6 Bespreken ethische dilemma's

Doel

Na deze les heb ik geoefend met het discussiëren over ethische dillema's en kan ik benoemen hoe je een ethische discussie kan voeren.

Ethiek 

Ethiek is  stilstaan en nadenken bij wat je doet of juist niet doet

Ethisch dillema

Wanneer verschillende waarden met elkaar botsen is er sprake van een ethisch dilemma.

Debat: Ethische Dillema's

Bespreken ethische dillema's

- Je kiest voor of tegen de stelling

- Ga naar rechts als je voor bent, ga naar links als je tegen bent.

- 2 personen gaan met elkaar in gesprek over de stelling.

Spelregels

1. Je bent voor of tegen de stelling 
2. Je laat de ander uitpraten


3. Spreken, niet voorlezen
4. Je overtuigt het publiek
5. Je reageert op de ander, voordat je een argument geeft
6. Houd het kort
7. respecteer elkaar.

Argumenteren

"Een aanwijzing of reden die jouw standpunt, mening of overtuiging aannemelijk maakt."

Wat maakt een argument krachtig?

Dilemma 1

Zorgvragers die geen kwaliteit van leven meer hebben (als een kasplantje er bij liggen) moeten geen levensverlengende maatregelen meer hebben. 

VOOR:

Mee eens

TEGEN:

Mee oneens

1. VOOR
2. TEGEN

Dilemma 2

Client loopt rond op de afdelingen en zoekt dingen in de kamer van zijn medebewoners. 

VOOR:

Dit mag

TEGEN:

Dit mag niet

1. VOOR
2. TEGEN

Dilemma 3

Mag je een cliënt die gaat lopen en niet tegen te houden is fixeren, zodat ze niet weg kan.

Voor:

Ja

Tegen:

Nee

1. VOOR
2. TEGEN

Dilemma 4

Een persoon met dementie die zich niet wil wassen en daarbij zelf agressief wordt? Moet je deze persoon dan wel wassen? 

Voor:

Wel wassen

Tegen:

Niet wassen

1. VOOR
2. TEGEN

Dilemma 5

Een cliënt met agressief gedrag mag opgesloten worden op haar eigen appartement

Voor:

Mee eens

Tegen:

Niet mee eens

1. VOOR
2. TEGEN

Dilemma 6

Een cliënt weigert eten en medicijnen. Ze is nog wilsbekwaam, maar je betwijfelt dit. Is een sonde de oplossing?

Voor:

Mee eens

Tegen:

Niet mee eens

1. VOOR
2. TEGEN

Dilemma 7

Als een cliënt elke week een keer naar het café wilt moet het personeel dit regelen.

Voor:

Mee eens

Tegen:

Niet mee eens

1. VOOR
2. TEGEN

Dilemma 

Wie weet nog een dilemma wat we nog kunnen bespreken

Voor:

Mee eens

Tegen:

Niet mee eens

1. VOOR
2. TEGEN

Afsluiting

vragen?

Hoe vonden jullie deze lesvorm

Doel?