14-01 english as a world language

In today's lesson
Unit 6 introduction: 
English as a world language!

1 / 21
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

In today's lesson
Unit 6 introduction: 
English as a world language!

Slide 1 - Slide

What are we going to do?
- Taking a look at accents!
- Listening activity


Slide 2 - Slide

Listen carefully: is this American English or British English?



Can you also explain how you know?
You aren't my aunt
A
American English
B
British English

Slide 3 - Quiz

Listen carefully: is this American English or British English?



Can you also explain how you know?
I've written the word 'button'
A
American English
B
British English

Slide 4 - Quiz

Listen carefully: is this American English or British English?



Can you also explain how you know?
Fragile
A
American English
B
British English

Slide 5 - Quiz

Next up: listening
Next you will start watching a video on English as a world language. During the video questions will pop-up!

Slide 6 - Slide

4

Slide 7 - Video

Waar ligt de basis van de Engelse taal?
A
Engeland
B
Afrika
C
Europa
D
Schotland

Slide 8 - Quiz

Wanneer werd Engels officieel gebruikt?
A
14th Century
B
16th Century
C
15th Century
D
17th Century

Slide 9 - Quiz

Wat is waar? Meerdere antwoorden zijn juist. Engels werd verspreid door ...
A
Kolonialisme
B
Media
C
Het gebruik samen met andere talen
D
Het willen hebben van een taal die over de hele wereld wordt gesproken

Slide 10 - Quiz

Waar of niet waar: Engels is niet veel veranderd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Next up: accents
You will watch two videos. 
The first video is about an Australian man who is being interviewed. The second interview is about an Irish man who is being interviewed. 
 

Slide 12 - Slide

3

Slide 13 - Video

Wat voor een kleren had hij aan toen hij naar buiten ging?
A
Zijn pyjama
B
Zijn ondergoed
C
Zijn werkkleding
D
Niets

Slide 14 - Quiz

Wiens winkel is nu een rotzooi geworden?
A
Zijn winkel
B
De winkel van zijn vriend
C
De winkel van zijn moeder
D
De winkel van de moeder van zijn vriend.

Slide 15 - Quiz

Welke woorden voor ondergoed worden gebruikt in de video? Meerdere antwoorden zijn goed.
A
Jocks
B
Underwear
C
Briefs
D
Undies

Slide 16 - Quiz

3

Slide 17 - Video

Wat is er aan de hand?
A
Hij was aan het lopen en moest zijn broek omhoog houden.
B
Zijn enkels waren heel koud door de sneeuw.
C
De sneeuw kwam heel hoog waardoor hij zijn broek omhoog hield en zijn enkels heel koud werden.
D
Hij had nieuwe sokken gekocht en die zijn nu helemaal nat.

Slide 18 - Quiz

1

Slide 19 - Video

Give a short 3 sentence summary of what happened in this episode

Slide 20 - Open question

Hoeveel mensen spreken Engels als hun moedertaal, zoals wij Nederlands spreken?
A
3 miljard
B
350 miljoen
C
1,5 miljard
D
500 miljoen

Slide 21 - Quiz