Boeren, geestelijken en heren

Boeren, Heren en Geestelijken
Brandaan thema 3
Oefenen voor de toets
1 / 27
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisBasisschoolGroep 5

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slide and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Boeren, Heren en Geestelijken
Brandaan thema 3
Oefenen voor de toets

Slide 1 - Slide

timer
1:00
Wat weet je nog
van dit thema?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Video

De tijd na de Romeinen noemen wij ....
A
de prehistorie
B
de middeleeuwen
C
de Romeinse tijd
D
de ijstijd

Slide 4 - Quiz

Na het vertrek van de                                 was het minder veilig. 

De mensen gingen daarom leven 

De mensen die werken op het land van de heer zijn 

Het geloof was                  belangrijk.
Romeinen
Germanen
in de stad
op het platteland
edelmannen
boeren
heel
niet

Slide 5 - Drag question

Vul de goede woorden op de juiste plek in. Dies uit:





De mensen luisterden heel goed naar de                          in de kerk.

Zij waren heel                          , net als de                          .

De                           hadden de minste                         .
adel
boeren
macht
machtig
priesters

Slide 6 - Drag question

Wat is het hof?
A
de tuin van de heer
B
een stuk grond van de heer dat een horige moest bewerken
C
de boerderij van de heer

Slide 7 - Quiz

Waar woont de heer en waar woont de boer?

Slide 8 - Drag question

De heer is iemand die ......
A
veel geld bezit
B
veel land bezit
C
werkt op het land van een adel

Slide 9 - Quiz

Wat zijn herendiensten?
A
Klusjes die de horige voor de heer moest doen.
B
Klusjes die de heer voor de horige moest doen.
C
Klusjes die de heer voor de koning moest doen.
D
Klusjes die de vrije boeren voor de heer moesten doen.

Slide 10 - Quiz

Wie deed er herendiensten?
A
Heren
B
Geestelijke
C
Vrije boeren
D
Horigen

Slide 11 - Quiz

Is dit een herendienst?

Meevechten met de heer in oorlogstijd.
A
Wel een herendienst
B
Geen herendienst

Slide 12 - Quiz

Is dit een herendienst?

Hek timmeren of dag repareren.
A
Wel een herendienst
B
Geen herendienst

Slide 13 - Quiz

Is dit een herendienst?

Bidden en luisteren naar de priester.
A
Wel een herendienst
B
Geen herendienst

Slide 14 - Quiz

Is dit een herendienst?

Helpen bij de jacht.
A
Wel een herendienst
B
Geen herendienst

Slide 15 - Quiz

boeren
geestelijken
adel

Slide 16 - Drag question

Hoort het bij horigen en bij vrije boeren? 
Sleep het antwoord naar de goede plaats
Horige boeren
Vrije boeren
bleven altijd bij het hof
eigen baas
moeten herendiensten doen
hoorden bij het land
meevechten met de heer

Slide 17 - Drag question

Waarom wilde sommige vrije boeren horige boeren worden?
Als zij horige boeren werden dan ....

A
Kregen zij meer land
B
Hoefden zij niet meer mee te vechten in oorlogen.

Slide 18 - Quiz

Wat is het tweeslagstelsel?
A
een landbouw manier waar je steeds een stuk land niet verbouwd
B
een stuk land wat je met twee boeren moet delen

Slide 19 - Quiz

Wie was Karel de Grote?
A
Koning van de Franken
B
Priester met heel veel macht
C
Veroverraar van grote delen van Europa
D
Vrijde boer met heel veel land

Slide 20 - Quiz

Karel de Grote was koning van de Franken en veroverde een groot deel van
A
de wereld
B
Europa
C
Afrika
D
Spijkenisse

Slide 21 - Quiz

Wat is een ander woord voor palts?
A
boerderij
B
paleis
C
park
D
dorp

Slide 22 - Quiz

Hoe controleerde Karel de Grote of een gebied goed bestuurd werd?
Hij ...
A
Hij liet de heren naar zijn palts komen.
B
Hij reisde rond om te kijken of een gebied goed bestuurd werd.
C
Hij stuurde mannen rond om te kijken of een gebied goed bestuurd werd.
D
Hij vroeg raad aan de kerk.

Slide 23 - Quiz

De heren van Karel de Grote moesten hem advies geven en mee vechten met de oorlogen. Hoe noemen we dit?

Slide 24 - Open question

Als ze wonnen, gaf Karel de Grote ze voor een tijdje een stukje leen.


Karel de grote had veel mannen nodig die voor hem vochten.

Karel de Grote reisde daarom veel rond en verbleef in een palts.

Karel de Grote wilde wel graag weten wat op die stukken leen gebeurde.
1
2
3
4

Slide 25 - Drag question

Hier staan landen van Europa. Horen ze wel of niet bij het rijk van Karel de Grote? 
Sleep ze naar de juiste plek.
Nederland
België
Frankrijk
Italië
Duitsland
Engeland
Niet
Wel

Slide 26 - Drag question

Ben ik klaar voor de toets?
JA! Ik ben er klaar voor!
Ik ken al wel veel, maar moet nog wel even leren.
Ik moet nog heel veel leren.

Slide 27 - Poll