23VV AFP m6 w2

M1W1
2
zenuwstelsel
TM module 10
1 / 30
next
Slide 1: Slide
AFPMBOStudiejaar 1

This lesson contains 30 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

M1W1
2
zenuwstelsel
TM module 10

Slide 1 - Slide

A. M10H1 zenuwstelsel
LEERDOELEN...
  • Je omschrijft de zenuwcel
  • Je geeft het verschil aan tussen het centrale en perifere deel
  • Je noemt de grote onderdelen van het brein en de algemene functie ervan










Slide 2 - Slide

het centrale zenuwstelsel bestaat uit deze onderdelen...
  • grote hersenen
  • tussenhersenen
  • hersenstam
  • ruggenmerg
  • kleine hersenen

Anatomische indeling (herhaling)

Slide 3 - Slide

de tussenhersenen verbinden de grote hersenen met de hersenstam en bestaat uit...
  • thalamus (schakelt signalen wel of niet door)
  • hypothalamus (reageert op hormonale informatie)
1.2.2
tussenhersenen (diencefalon)
T
Ht
Hf
E

Slide 4 - Slide

de tussenhersenen verbinden de grote hersenen met de hersenstam en bestaat uit...
  • hypofyse (stuurt  hormoonklieren aan)
  • epifyse (maakt melatonine, dagnachtritme)
1.2.2
tussenhersenen (diencefalon)
T
Ht
Hf
E

Slide 5 - Slide

de hersenstam verbindt de hersenen met het ruggenmerg en de kleine hersenen en bestaat uit...

1.2.3
hersenstam (truncus cerebri)

Slide 6 - Slide

1 middenhersenen
2 brug
3 verlengde merg
1.2.3
hersenstam (truncus cerebri)

Slide 7 - Slide

1 middenhersenen
  • nodig om een beweging te starten
1.2.3
hersenstam (truncus cerebri)

Slide 8 - Slide

2 brug (van Varol)
  • verbinding tussen grote en kleine hersenen
  • nodig om bij bewegingen het evenwicht te bewaren
1.2.3
hersenstam (truncus cerebri)

Slide 9 - Slide

3 het verlengde merg
  • nodig voor hartslag, bloeddruk en ademen
  • veel zenuwen kruisen hier van links naar rechts
1.2.3
hersenstam (truncus cerebri)

Slide 10 - Slide

M1W1
2
epilepsie

Slide 11 - Slide

P. M12H1 zenuwstelsel
LEERDOELEN...
  • Je omschrijft wat de oorzaken en symptomen zijn van epilepsie










Slide 12 - Slide

epilepsie wordt gezien als kortsluiting in het brein, teveel gebieden zenden teveel signalen uit...
  • in een deel van het brein
  • in het hele brein
1.1.9 epilepsie

Slide 13 - Slide

is dit in een deel van het brein, dan is men bij bewustzijn...
  • veel lichte vormen van epilepsie horen bij deze groep
1.1.9 epilepsie

Slide 14 - Slide

is dit in het hele brein, dan is men niet bij bewustzijn...
  • twee vormen van epilepsie horen bij deze groep...
1.1.9 epilepsie

Slide 15 - Slide

Wat zou een oorzaak kunnen zijn?

Slide 16 - Slide

  • Stoornis in de hersenen
  • Erfelijke aanleg
  • Hersenbeschadiging
Oorzaken

Slide 17 - Slide

Soms is de oorzaak onduidelijk, maar vaak gaat het om een hersenbeschadiging, zoals een herseninfarct of hersenbloeding. 

  • Dementie
  • Hersenontsteking door een infectie;
  • Hersenletsel door een ongeval of zuurstofgebrek;
  • Hersentumor.
Oorzaken bij ouderen

Slide 18 - Slide

  • De aanval begint in een deel van de hersenen.
  • Je bewustzijn blijft helder.
  • Soms krijg je door de aanval spiertrekkingen.
  • Soms ervaar je door de aanval een gevoel of sensatie.
Focal aanval met bewustzijn

Slide 19 - Slide

1 de absence
  • korte wegraking
  • staren of rollende ogen
  • lijkt op dagdromen
  • soms trekjes om de mond
  • komt bij kinderen voor
1.1.9 epilepsie

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

  • De aanval duurt kort.
  • Bewustzijn is verstoord, maar meestal niet helemaal weg.
  • Soms heb één schokje in de armen en/of benen, soms een serie.
  • Als de spierschokjes heftig zijn, kun je vallen.
  • Je herstelt weer snel na een aanval
Myoclonisch insult

Slide 22 - Slide


  • lange wegraking
  • verdeelt in drie fasen
  • 1 = krampfase (met soms tongbeet, ademstop apneu)
Tonisch clonisch

Slide 23 - Slide

2 het insult
  • lange wegraking
  • verdeelt in drie fasen
  • 2 = schudfase (schokkende spieren en ademhaling)
Tonisch clonisch

Slide 24 - Slide

2 het insult
  • lange wegraking
  • verdeelt in drie fasen
  • 3 = slaapfase (diep en soms heftig snurken)
Tonisch clonisch

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Epilepsie of niet?

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Migraine
  • Migraine is een aanval van erge hoofdpijn.
  • Een aanval kan een halve dag tot drie dagen duren.
  • De pijn is bonzend, meestal aan één kant van het hoofd.
  • Vaak is er ook sprake van misselijkheid en overgeven.
  • Kort voor de aanval zijn soms schitteringen, flitsen of golvende beelden zien.
  • Migraine wordt behandeld met medicijnen.

Slide 29 - Slide

Geen epilepsie maar wel de symptomen
  • Hypoglycaemie
  • Hyperventilatie
  • Functioneel neurologische stoornis (FNS)
  • TIA
  • Schrikziekte

Slide 30 - Slide