Epilepsie

1 / 19
next
Slide 1: Video
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Epilepsie

Slide 2 - Mind map

Epilepsie en VGZ
Epilepsie is een veelvoorkomende somatische aandoening bij mensen met een verstandelijke beperking. 
Voor je beeld: Onder de algemene bevolking heeft 1% van de mensen epilepsie. Onder mensen met een verstandelijke beperking is dit 16-50% en bij mensen met een ernstig verstandelijke beperking is dit zelfs 70-79%

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Vormen epilepsie
  1. Gegeneraliseerd
  2. Focale epilepsie (locatie gebonden)
  3.  Complex focale epilepsie
  4. Secundair gegeneraliseerde epilepsie

Slide 6 - Slide

Gegeneraliseerde epilepsie
Epilepsie waarbij beide hersenhelften ongecontroleerd signalen versturen.

Slide 7 - Slide

Gegeneraliseerde epilepsie
Absences:
Patiënt verlies gedurende enkele seconden het bewustheid en houdt op met wat hij of zij aan het doen is.

Tonisch-clonisch insult:
Patiënt verliest plotseling het bewustzijn en valt verstijfd neer. Alle skeletspieren zijn verkrampt (tonisch) door impulsen vanuit de hersenen. Daarna gaan alle skeletspieren schokken (clonisch). Alle ledematen bewegen daarbij symmetrisch in een afnemende intensiteit. Daarna volgt een slappe bewusteloze fase en geleidelijk komt de patiënt bij.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Focale aanval
Een epilepsie waarbij een klein deel van de hersenen ongecontroleerd signalen naar elkaar stuurt

  • Motorische aanvallen, aanvallen zijn van invloed op bewegen
  • Sensorische aanvallen, aanvallen zijn van invloed op zien, horen, proeven en ruiken.
  • Autonome aanvallen, verschijnselen: bleek worden, kippenvel, transpireren, hartkloppingen.
  • Psychische aanvallen, stemmingsveranderingen, onverklaarbare angst, vreemde gedachten/waarnemingen, herinneringen.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

secundair gegeneraliseerde epilepsie
Een aanval die start als een focale (lokale) aanval maar waarbij de storing in het brein zich uitbreid tot een gegeneraliseerde aanval vaak tonisch-clonisch

Slide 12 - Slide

Opdracht:
Ga op onderzoek naar wat je als verzorgende of verpleegkundige moet doen als een patiënt of cliënt een epileptische aanval krijgt.
In ieder geval moeten de volgende begrippen terugkomen:
  • Couperen
  • Observeren
  • Status epilepticus

Slide 13 - Slide

Opdracht
Je doet deze opdracht in 2 tallen.

Na de opdracht gaat de docent met de klas in gesprek over de gevonden resultaten

Slide 14 - Slide

Wat is epilepsie
A
een aanval gepaard met schokken
B
Een tijdelijke ongecontroleerde ontlading van hersencellen
C
Aandoening waarbij spieren samentrekken

Slide 15 - Quiz

Wat is een tonisch-clonisch insult?

Slide 16 - Open question

Midazolam kan worden voorgeschreven als medicatie om een epileptische aanval te couperen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Wat is een status epilepticus?

Slide 18 - Open question

Valproïnezuur (Depakine) is een voorbeeld van een anti epileptica.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz