Start H2

Economie
1 / 28
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Economie

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Herhalen hoofdstuk 1
  • Stof van hoofdstuk 2 wat weet je nog?
  • Starten met hoofdstuk 2
  • Werken aan het huiswerk 

Slide 2 - Slide

Welke is een primaire behoefte?
A
brood
B
smartphone
C
auto
D
vakantie

Slide 3 - Quiz

Primaire behoeften zijn ...
A
de noodzakelijke behoeften.
B
de luxe behoeften.

Slide 4 - Quiz

Het hebben van een fiets is een ...
A
primaire behoefte.
B
secundaire behoefte

Slide 5 - Quiz

Een doelgroep is:
A
alle keepers bij balsporten
B
Een groep mensen die hetzelfde doel hebben
C
Een groep mensen die dezelfde kenmerken hebben
D
Alle mensen die zorgen voor een goed doel

Slide 6 - Quiz

'Prioriteiten stellen' betekent...
A
kiezen wat je het leukst vindt
B
kiezen wat je het belangrijkst vindt
C
kiezen wat je het lekkerst vindt
D
kiezen wat je het stomst vindt

Slide 7 - Quiz

Wat is zelfvoorziening?
A
Dat je je zelf voorziet
B
Wanneer je zelf in jouw behoeften voorziet door producten te kopen
C
Zelf groenten verbouwen, zelf je huis schilderen, zelf jam maken.
D
Wanneer je in jouw behoeften voorziet door eigen gemaakte producten

Slide 8 - Quiz

Een ander woord voor keuzes maken noemen we?
A
Schaarste
B
Prioriteiten stellen
C
Bezuinigen
D
Investeren

Slide 9 - Quiz

Wat is geen commerciële reclame?
A
Merkreclame
B
Informatieve reclame
C
Ideële reclame
D
Sluikreclame

Slide 10 - Quiz

Wat is marketing?
A
Alles wat een bedrijf onderneemt om meer te verkopen.
B
Instrumenten die je gebruikt op de verkoopmarkt.
C
Een methode om de winst te vergroten.
D
Een Engels woord voor winkel.

Slide 11 - Quiz

Om welke P van marketing gaat het? Er zijn veel concurrenten in een stadswinkelcentrum.
A
Prijs
B
Product
C
Plaats
D
Promotie

Slide 12 - Quiz

H&M open een nieuwe vestiging. Over welk marketinginstrument gaat het hier?
A
product
B
personeel
C
promotie
D
plaats

Slide 13 - Quiz

De 6P's worden ook wel ... genoemd.
A
Marketing hulpmiddelen
B
Marketing instrumenten
C
Marketing groepering
D
Marketing gereedschap

Slide 14 - Quiz

Mag iedereen een keurmerk beginnen?
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

Is een keurmerk altijd betrouwbaar?
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quiz

Wie geeft de beste 'koop' informatie over een iPad?
A
de docent
B
een vriend
C
de consumentenbond
D
apple store

Slide 17 - Quiz

Welke hoort NIET tot de consumentenorganisaties?
A
ANWB
B
Vereniging Eigen Huis
C
IKEA
D
Goede Waar & Co

Slide 18 - Quiz

Een vergelijkend warenonderzoek is een onderzoek naar...
A
verschillende producten
B
dezelfde soort producten

Slide 19 - Quiz

Welk keurmerk is er voor webshops?
A
FSC
B
Toegankelijkheid
C
Thuiswinkel Waarborg
D
Veilig online shoppen

Slide 20 - Quiz

Dit keurmerk laat zien
dat er eerlijke prijzen zijn
betaald aan de boeren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Het EKO keurmerk staat voor
A
Duurzaam, biologisch & dierenwelzijn
B
Kwaliteit, veilig, lekker
C
producten die onder eerlijke voorwaarden zijn geproduceerd
D
zo goedkoop mogelijke producten

Slide 22 - Quiz

Consumentenorganisaties geven onafhankelijke informatie over een product
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

Een hoog inkomen per hoofd betekent dat iedereen in dat land een hoog inkomen heeft
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quiz

nationaal inkomen per hoofd van de bevolking:
A
gemiddeld inkomen per persoon
B
gemiddeld jaarinkomen per persoon
C
gemiddeld jaarinkomen per persoon in een land

Slide 25 - Quiz

Dit is de berekening van het inkomen per hoofd van de bevolking
A
nationaal.inkomenje.salaris
B
nationaal.inkomenaantal.inwoners
C
aantal.inwonersnationaal.inkomen
D
je.salarisnationaal.inkomen

Slide 26 - Quiz

Theorie hoofdstuk 2
  • Wat is ook al weer een begroting?
  • Wat is budgetteren?
  • Wat is het verschil tussen chartaal en giraal geld?
  • Wat is ook al weer het verschil tussen directe en indirecte ruil?
  • Hoe bereken je ook al weer kredietkosten?
  • Welke spaarmotieven kennen we?

Slide 27 - Slide

Aan de slag
Ga nakijken de examentraining van hoofdstuk 1 en ga aan de slag op blz. 40 met vraag 1 t/m 14. En van paragraaf 2.1 opdracht 2 - 3 - 4 - 9 - 11 & 12

Heb je het af dan ga je de theorie van hoofdstuk 1 nog een keer goed doornemen. 

Slide 28 - Slide