V1: Unidad 1 Les 7 - SO + oefenen luister & herhaling vragende vnw

1 / 28
next
Slide 1: Slide
SpaansMBOMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1Studiejaar 1,2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Startklaar

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Tijdens de les
...ben je stil wanneer de docent aan het woord is.

...ben je stil wanneer een klasgenoot aan het woord is.

...ben je altijd vriendelijk.

....doe je actief mee.


Slide 5 - Slide

Lesprogramma
¿Qué vamos a hacer hoy?
A. Opstarten: SO unidad 1
B. Oefenen: Luistervaardigheid
C. Oefenen: vragende vnw, geslacht + getal



Slide 6 - Slide

Lesdoelen
Después de la clase...
  • T1: Kan je een korte fragment begrijpen in het Spaans
  • R: Weet je over de vragende voornaamwoorden in het Spaans
  • T1: Weet je over het geslacht + getal regel voor de bijvoeglijke en zelfstandige naamwoorden in het Spaans.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Luistervaardigheid
Je gaat luisteren/kijken naar een kort fragment in het Spaans. Lees eerst de vragen. Het fragment wordt twee keer herhaald. Beantwoord daarna de vragen op het werkblad.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Slide

De vragend voornaamwoorden
*In het Spaans hebben de vragende voornaamwoorden accent.

¿Qué?                                                                       wat?
¿Quién/ es?                                                            wie?
¿Cuánto/a/os/as?                                                  hoeveel?
¿Cuándo?                                                                wanneer?
¿Dónde?                                                                  waar?
¿Cómo?                                                                    hoe?
¿Cuál/es?                                                                 welk(e)?

*Cuanto/-a/-os/-as, cual/-es en quien/-es passen zich aan mannelijk/vrouwelijk/ meervoud aan.

Slide 12 - Slide

¡A trabajar! 
Opdracht 9 & 10 blz 10

Slide 13 - Slide

Het geslacht

Slide 14 - Slide

Zelfstandig naamwoorden 
In het Spaans zijn zelfstandig naamwoorden:  mannelijk of vrouwelijk.
Ejemplo (voorbeeld):


el chico
de jongen
la chica
het meisje

Slide 15 - Slide

Zelfstandig naamwoorden 
In het Spaans zijn zelfstandig naamwoorden:  mannelijk of vrouwelijk.



perro
libro
zapato
amigo
casa
gata
mesa 
manzana

Slide 16 - Slide

Mannelijk/ vrouwelijk
*Mannelijk zelfst. nw eindigt op -o of medeklinker --> eindigt vrouwelijk vorm op -a.

*Zelfst. nw die eindigt op -e hebben altijd dezelfde vorm.

Slide 17 - Slide

Het getal

Slide 18 - Slide

Meervoudsregel
Klinker/Vocal
a/e/i/o of u

Enkelvoud/Singular
chico
mesa
silla

Meervoud/Plural
chicos
mesas
sillas

Medeklinker/Consonante
b/c/r/z etc

Enkelvoud/Singular
Español
tren


Meervoud/Plural
Espanoles
trenes


+S
+ES

Slide 19 - Slide

¡A trabajar! 
Opdracht 13 & 14 blz 23

Slide 20 - Slide

Vocabulario Unidad 2: Mis gustos

Slide 21 - Slide

¡Quizlet! 

Slide 22 - Slide

1. beber
2. bonito/-a
3. jugar
4. nadar
5. hoy
6. leer
7. alegre
8. la cosa
9. el mundo 
10. correr
¡A practicar! 
Wat: Betekenissen zoeken van 10 woorden uit het woordenlijst.
Hoe: In groepjes van twee of individueel
Waar: In je JDW-map/ schrift
Hulpmiddel: Reporteros tekstboek p. 129

Klaar? Kies 2 woorden en maak 2 zinnen.

Slide 23 - Slide

Escribe tu frase

Slide 24 - Open question

Los deberes
Maken: tekstboekopdracht 8 & 9 pág. 30
tekstoboek opdracht 9 & 10
woorden uit woordenlijst

Slide 25 - Slide


Wat heb je van 
deze les geleerd?

Slide 26 - Open question

Lesdoelen
Después de la clase...
  • T1: Kan je een korte fragment begrijpen in het Spaans
  • R: Weet je over de vragende voornaamwoorden in het Spaans
  • T1: Weet je over het geslacht + getal regel voor de bijvoeglijke en zelfstandige naamwoorden in het Spaans.

Slide 27 - Slide

¡Hasta la próxima clase!

Slide 28 - Slide