This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Th 4 DNA BS 4 Translatie & eiwitsynthese
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
mRNA triplet of codon bestaat uit 3 letters
71G
Slide 4 - Slide
Je start altijd met AUG als startcodon. Welk aminozuur is dit? (BiNaS 71G)
Slide 5 - Open question
tRNA anticodon koppelt aan mRNA
Aminozuur
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Polyribosomen
Uitleg: Iedere transcriptie begint hier op hetzelfde RNA polymerase punt dus het meest linkse polypeptidestrengetje heeft de langste weg al afgelegd vanaf dit startpunt. Aflezen gebeurt hier dus van rechts naar links
Slide 11 - Slide
Eiwitten: van streng uit ribosoom naar 3D in RER en Golgisysteem
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
mRNA
tRNA
DNA
Ribosoom
Eiwit
Exons
Aminozuur
Codon
Anticodon
Thymine
Startcodon
Dubbelstrengs
Release factor
Gen
Slide 14 - Drag question
Slide 15 - Slide
ATC is een stikstofbasevolgorde van het DNA. Hoe ziet het corresponderende triplet eruit in het tRNA?
A
ATC
B
CTA
C
UAG
D
AUC
Slide 16 - Quiz
Op welke plaats verlaat tRNA het ribosoom nadat het zijn aminozuur heeft afgestaan?
A
A-plaats
B
E-plaats
C
P-plaats
D
R-plaats
Slide 17 - Quiz
Virussen zijn niet in staat zichzelf te vermenigvuldigen. Ze gebruiken hiervoor een gastheercel. Een aantal delen van de gastheercel zijn:
Welk(e) van deze onderdelen van de gastheer is of zijn direct betrokken bij de vermenigvuldiging van het virus? Schrijf het juiste nummer of de juiste nummers op.
1 DNA moleculen; 2 tRNA moleculen; 3 ribosomen; 4 mitochondriën.
Slide 18 - Open question
In welk rijtje staan de woorden in juiste volgorde van klein naar groot: