Overzicht T4

Overzicht T4
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Overzicht T4

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

prokaryoot <-> eukaryoot
prokaryoot
  • Geen celkern: DNA los in cytoplasma 
  • Heterotroof + autotroof
  • Altijd eencellig
  • Domeinen: bacteriën en archaea
eukaryoot
  • Celkern aanwezig
  • Vaak meercellig (soms eencellig)
  • Domein: eukyaroten (rijken: schimmels, planten en dieren)

Slide 2 - Slide

Archaea zijn oerbacterien die op zeer extreme plaatsen leven 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Autotrofe organisme .....   
  • kunnen uit anorganische > organische stoffen maken
  • hebben geen andere organismen nodig voor voeding

Heterotrofe organismen
  • hebben andere organismen nodig als voeding
  • kunnen geen organische stoffen maken uit alleen anorganische

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

biologie 4.3 - evolutietheorie
Het proces van verandering van soorten in nieuwe soorten.
4.5 gaat over bewijzen voor deze theorie
4.4 gaat over hoe dit er genetisch uit ziet

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Dus, de evolutietheorie zegt:
  1. GENETISCHE VARIATIE IN POPULATIE Iedereen is een beetje anders 
  2. NATUURLIJKE SELECTIE Het leven is zwaar door bijv. milieu en concurrentie (selectiedruk). Individuen met de meest gunstige eigenschappen hebben meer kans op overleving en voortplanting 
  3. VOORTPLANTING: waarbij de gunstige eigenschappen aan nakomelingen worden doorgegeven

dus: Genen met de hoogste fitness erven over naar de volgende generatie --> adaptatie = aanpassing

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Definities
  • Populatie = Alle individuen van een soort die in een bepaald gebied leven en onderling voortpanten

  • Genenpool is een verzameling van alle genen   in een populatie 

  • Allelfrequentie sis hoe vaak een bepaald allel in een populatie voorkomt


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Seksuele selectie
Seksuele selectie
  • selectie op kenmerken die een groter voortplantingssucces opleveren (dus grotere fitness)
  • leveren niet bij aan overlevingskans





    Slide 9 - Slide

    This item has no instructions

    homologe organen
    overeenkomstige vorm door verwantschap, de functie kan verschillen

    Slide 10 - Slide

    This item has no instructions

    Dit zijn analoge organen. Organen die niet zijn ontstaan uit dezelfde grondvorm, maar door aanpassingen aan het milieu wel een vergelijkbare functie hebben.

    Slide 11 - Slide

    This item has no instructions

    letters = gemeenschappelijke voorouder
    blokje = ontwikkelde eigenschap die  * andere tak niet heeft
                                                                            * alle organismen in takken erboven wel......

    Slide 12 - Slide

    This item has no instructions

    Fossielen
    • Fossielen zijn versteende overblijfselen van organismen of afdrukken van organismen in gesteente.
    • Door de fossielen die gevonden zijn, blijkt dat in miljoenen jaren  soorten zijn ontstaan, veranderd en/of verdwenen zijn.

    • De fossielen zijn een argument voor de evolutietheorie, ze laten zien dat de evolutietheorie waar kan zijn.
    Levende fossiel
    'Levende fossielen'  zijn dieren die al heel vroeger leefden en nu nog steeds (Bijv. de Naulitus, een zeedier).
    Gidsfossiel voor het Cambrium

    Slide 13 - Slide

    This item has no instructions