Past Simple (+ irregular verbs)

Past Simple met Irregular verbs
Sommige werkwoorden hebben een eigen Past Simple vorm. Deze moet je simpelweg leren.
Er is geen vaste regel voor.

Did you know this?  
 


1 / 13
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Past Simple met Irregular verbs
Sommige werkwoorden hebben een eigen Past Simple vorm. Deze moet je simpelweg leren.
Er is geen vaste regel voor.

Did you know this?  
 


Slide 1 - Slide

Past simple regular verbs

Past simple irregular verbs
swim
walk
drive
cook
give
have

Slide 2 - Drag question

Zijn er dan helemaal geen regels?

JAWEL!!


Hoe vervoeg ik een onregelmatig werkwoord in de Past simple:

Gewone zin: 
de eigen Past Simple vorm

Negatieve zin:
did not + hele werkwoord

Vraagzin:
Did + hele werkwoord

Slide 3 - Slide

Hoe ziet dit er dan uit in een zin?
Gewone zin:
My father .....went......(go) to the supermarket last Monday.

Negatieve zin:
My father .... did not go....(go/not) to the supermarket last Monday.

Vraagzin:
..Did.. my father ..go.. (go) to the supermarket last Monday?

Slide 4 - Slide

Past Simple: een overzicht
Gewone zin:
-Regelmatig werkwoord= ww+ed
-Onregelmatig werkwoord= eigen vorm 

Negatieve zin: 
did not + hele werkwoord                 NB: BIJ EEN VRAAG OF EEN ONTKENNING IS
                                                                       ER DUS GEEN VERSCHIL TUSSEN REGULAR
Vraagzin:                                                    EN IRREGULAR VERBS!!
Did + hele werkwoord

Slide 5 - Slide

Past Simple - irregular verbs:
You .... (to be) really helpful.
A
is
B
was
C
were
D
been

Slide 6 - Quiz

Past Simple - irregular verbs:
You .... (write) a letter to a classmate last week.
A
writed
B
wroted
C
wrote

Slide 7 - Quiz

Past simple (irregular verb):

I .................... a test this morning.
A
maked
B
made
C
make

Slide 8 - Quiz

Past Simple - irregular verbs:
Het mum .... (bring) her her lunch.
A
brought
B
bringed
C
brang

Slide 9 - Quiz

Vul in:
My brother ............... (see) a UFO last week.

Slide 10 - Open question

Vul in:
My brother ...... (not get) a book for his birthday

Slide 11 - Open question

Vul in:
.............. my brother ............ (go) to Italy last month?

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Link