taaldorp - herhalen 1

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

quiz

dialogues

 

au magasin

au camping

au restaurant

santé & sport

Laatste lessen: laat weten als je nog vragen hebt!

quiz

• Wanneer gebruik je de?
• Wanneer gebruik je du / de la / des?

Ontdek de regel via de quiz op exam.net : code = Eu6ha7

quiz

• Wanneer gebruik je de?
• Wanneer gebruik je du / de la / des?

Ontdek de regel via de quiz op exam.net : code = Eu6ha7

Heb je de regel ontdekt? Check of het klopt, 

maak de quiz via exam.net: code = pu6Ct9

bedenk synoniemen 

Wat kan je zeggen over:

• het eten (het was lekker, heerlijk, smakelijk, ...)
• kleding (het is mooi, bijzonder, chique, comfortabel, ...)

choisis & faites un dialogue

gesprek 1 - au camping

Tu es au camping avec tes parents et ta sœur. Tu vas à la piscine où tu rencontres une personne française. 
Je wilt zoveel mogelijk te weten komen, praat ook over school, sport, ...

gesprek 2 - au camping

Jullie kennen elkaar al een beetje. Je overlegt: wat zullen we komende dagen gaan doen? Praat ook over het weer.

Schrijf de gesprekken op!

au camping

• jezelf voorstellen
• afspraak maken   
• dagen vd week
• kloktijden
• activiteiten  
• praten over het weer
• getallen
  
  

Dialoog, gesprek gaande houden

ik eet geen brood                        je ne mange pas de pain

er zijn geen appels meer         il n'y a plus de pommes.  

Na een ontkenning

de

ik eet geen brood                        je ne mange pas de pain

er zijn geen appels meer         il n'y a plus de pommes.  

Na een ontkenning

de

à + lidwoord

J'ai mal 

J'ai mal  ...    épaule.

J'ai mal  ...    tête.

J'ai mal  ...    bras.

J'ai mal  ...    oreilles.

Wat is de regel?

à + lidwoord

J'ai mal 

J'ai mal à l'épaule.

J'ai mal à la tête.

J'ai mal au bras.

J'ai mal aux oreilles.

ik neem water                    

ik wil graag salade             

ik eet pannenkoeken      

ik wil graag kaas    

delend lidwoord

ik neem water                je prends de l'eau

ik wil graag salade        je voudrais de la salade

ik eet pannenkoeken      je mange des crêpes

ik wil graag kaas            je voudrais du fromage