1.2 Hoe groot is de welvaart?

Opbouw les
Terugblik
Huiswerk bespreken
Uitleg nieuwe lesstof
Aan de slag
1 / 32
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Opbouw les
Terugblik
Huiswerk bespreken
Uitleg nieuwe lesstof
Aan de slag

Slide 1 - Slide

                                 Terugblik:


Twee soorten reclame
Lay-out
Terugblik

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Slide

25 miljard is 25.000 miljoen
43,8 miljard is 43.800 miljoen
18,93 miljard is 18.930 miljoen
0,276 miljard is 276 miljoen

Slide 5 - Slide

Schrijf 32 miljard in miljoenen.

Slide 6 - Open question

Reken uit:
27,3 miljard + 174 miljoen

Slide 7 - Open question

Reken uit:
10 miljoen x 200

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Controleer je antwoorden op de volgende slide.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Reken uit:
20.000 x 45 miljoen

Slide 13 - Open question

Om het inkomen per inwoner te kunnen berekenen moet het bbp van China gedeeld worden door het aantal inwoners van dat land. China heeft 1,33 miljard inwoners. Je moet dus 3,4 biljoen dollar delen door 1,33 miljard.
A
$ 255,64
B
$ 2.556,39
C
$ 25.563,90
D
$ 255.639

Slide 14 - Quiz

€ 200 miljoen x 5.000 = ... miljard
miljoen x duizend = miljard
A
1 miljard
B
10 miljard
C
100 miljard
D
1.000 miljard

Slide 15 - Quiz

€ 100 miljoen x 8.000 = ... miljard
A
8 miljard
B
80 miljard
C
800 miljard
D
8.000 miljard

Slide 16 - Quiz

Productiefactoren en de beloning
Om te produceren heb je productiefactoren nodig.
Iedere productiefactor heeft zijn eigen beloning.
Combineer de productiefactoren met de beloningen.


Arbeid
Kapitaal
Natuur
Ondernemerschap
Loon
Huur
Pacht
Winst
Rente

Slide 17 - Drag question

Wat is de toegevoegde waarde van de platenlabel?

Slide 18 - Open question

1.2 Hoe groot is de welvaart?

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Welvaart in ruime zin
Welvaart in enge zin
Koopkracht
BBP
Gezondheid
Milieuvervuiling
Vrije tijd
Prijspeil

Slide 26 - Drag question

Sleep de antwoorden naar de juiste gele vakjes.
Welvaart en welzijn meet je op verschillende manieren.
  1. Met het bbp per hoofd meet je 
  2. Met de HDI meet je  
  3. Als het brp per hoofd laag is, is de HDI 
Hoog.
Laag
Welvaart
Welzijn.

Slide 27 - Drag question

Een land heeft 20 inwoners.
Het totale BBP is 100.000 euro.
Wat is het BBP/hoofd?

Slide 28 - Open question

De staatsschuld is €466 miljard. Dat is 66% van het bbp. Hoe groot is het bbp?

Slide 29 - Open question

De overheid heeft een schuld van 373 miljard. Het bbp is 632 miljard. Bereken de staatsschuld in een percentage van het bbp.

Slide 30 - Open question

Het bbp van ons land is in een bepaald jaar € 685 miljard. Een jaar later is het bbp € 696 miljard.
Berekend met hoeveel % het bbp is toegenomen (1 decimaal).

Slide 31 - Open question

Wanneer is nominale groei van het bbp positief, maar de reële groei van het bbp negatief?

Slide 32 - Open question