Ondersteuningsplan les 1: Beginsituatie deel 1

• Verzorgende
• MBO
• Studiejaar 2,4

Ondersteuningsplan

Les 1: Beginsituatie

De eindopdracht

Aan het einde van deze periode heb je zelf a.d.h.v. een eigen ingebrachte casus een ondersteuningsplan geschreven voor een cliënt a.d.h.v de theorie uit de lessen.

Deze opdracht kun je koppelen aan examen B1-K1-W1

Wat weet je van
een ondersteuningsplan?

 Benamingen

Ondersteuningsplan

Zorgplan

Zorgleefplan

Begeleidingsplan

Met welke systemen werken jullie?

Het ondersteuningsplan

Een geheel van afspraken tussen:

• cliënt
  
• belangenbehartiger
  
• zorgaanbieder
  

Het omvat:

• een beeld van de mogelijkheden
  
• een perspectief
  
• doelen
  
• actieplan
  
• afspraken over de evaluatie
  

Uitgangspunten

Cyclische werkwijze

Gericht op kwaliteit van bestaan

Gericht op de (middel) lange termijn

Persoonlijk

Richtinggevend

Multidisciplinaire benadering

Methodische begeleidingscyclus

1. Beginsituatie vaststellen
   
2. Probleem formuleren
   
3. Doel formuleren
   
4. Een plan maken en uitvoeren
   
5. Begeleiding evalueren en bijstellen
   

Welke informatie zet je in de beginsituatie?

Beginsituatie

- Algemene gegevens (leeftijd, man/vrouw)
- Lichamelijk functioneren
- Psychisch functioneren
- Sociaal functioneren
- Huisvesting
- Sociaal netwerk
- Financiën
- Dagbesteding
-Eventueel zingeving en praktisch functioneren

Welke informatiebronnen kun
je bedenken voor de beginsituatie?

Informatiebronnen

• De cliënt
  
• Informatie van contactpersoon of wettelijke vertegenwoordiger
  
• Informatie uit overdracht
  
• Informatie van collega’s en multidisciplinair team
  
• De sociale kaart
  
• Instellingsdocumenten
  
• Vakbladen en bibliotheek
  
• Internet (geen wikipedia!)
• Persoonlijk netwerk
  
• Observaties (komt terug in les 2)
  

Intakegesprek

Powerpoint op itslearning nalezen voor de toets

Opdracht

Neem een cliënt in gedachten van jouw werk, waar een nieuw plan of een aangepast plan voor moet komen. Gebruik dit ook voor examen B1-K1-W1. 

Beschrijf het volgende:

Leeftijd, beperking, cognitieve, lichamelijk, sociaal-emotioneel..