Goed gebekt deel 1, taak 8

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Goed gebekt deel 1, taak 8

Wat  betekenen de volgende uitdrukkingen, gezegdes e.d.?

Iets in een oogwenk doen

1. zonder nadenken
2. door alleen te kijken
3. heel snel

Dat is een open deur intrappen

1. zinloos werk doen
2. iets zeggen wat algemeen bekend is
3. profiteren van de gunstige omstandigheden

Die twee kunnen niet samen door één deur

1. ze kunnen niet goed samenwerken
2. ze zijn veel te dik
3. ze hebben verschillende bazen

We zullen om de tafel gaan zitten

1. een ruzie uitpraten
2. overleggen, vergaderen
3. een borrel drinken

Iemand in zijn eigen sop gaar laten koken

1. iemand op het goede spoor zetten
2. iemand van top tot teen wassen
3. zich niet (meer) met iemand bemoeien

Moeilijke woorden

Welk woord past bij de omschrijving?

Iemand die ergens in uitblinkt

1. expertise
2. topstudent
3. raspaardje

De verpakking

1. emballage
2. expertise
3. appetizer

Een beschrijving van het eigen leven

1. autobiografie
2. autocratie
3. automaat

Een onderzoek door een deskundige

1. abces
2. autopsie
3. expertise

Een drankje vóór het eten

1. appetizer
2. aperitief
3. amuse

Gezegdes/uitdrukkingen

Vul aan het met juiste werkwoord

Over de tong .....

1. gaan
2. slepen
3. afgeven

Zijn visitekaartje .....

1. verdienen
2. zijn
3. afgeven

Aan zijn plafond .....

1. hangen
2. zitten
3. zijn

Iets in petto .....

1. hebben
2. spelen
3. houden

De eerste viool .....

1. zijn
2. afgeven
3. spelen