Griekse voor- en achtervoegsels les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Griekse voor- en achtervoegsels les 2

Welkom klas 2vwo.

Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.

Stap 1: Telefoons in de telefoontas.

Stap 2: Pak je schrift, boek, leesboek, laptop.

Stap 3: Log in bij LessonUp met je eigen naam.

Wat ga je doen?

Leerdoel: Ik kan de betekenis van moeilijke woorden raden met hulp van afleidingen uit het Grieks.

Hoe bereik je dit doel?

• Nakijken huiswerk
• Mondelinge overhoring
• Oefening vorige les maken
• Oefenen woordenschat 
• Huiswerk: opdr. 4 t/m 11. blz. 40 t/m 43 + leren: in en om het huis les 1 en 2 + woordenlijst op blz. 40 en 44.

Nakijken huiswerk: opdr. 16

a. -scoop: kijker, -itis: ontsteking, -loog: wetenschapper, -pathie: aandoening, lijden, gevoel.

b. Zie blz. 44.

c. asociaal, antisociaal, hypersociaal, microsociaal, megasociaal

d. Een klinkerbotsing is dat twee klinkers aan elkaar zorgen voor klankverwarring.

e. Zie oefening.

 

Opdr. 17.

a. ecoloog, telelens, antimuggenspray, hypergevoelig, microbultjes, antibioticum, megamazzel, Polybultus, 

b.

Ecoloog: milieuwetenschapper.

telelens: lens om ver mee te kijken.

antimuggenspray: spray tegen de muggen.

hypergevoelig: overmatig gevoelig

microbultjes: hele kleine bultjes

antibioticum: tegen leven medicijn

mega mazzel: hele erge mazzel

Polybultus: vele bultjes.

Opdr. 18

1. megarijkaard

2. microbioloog

3. polytalig

4. polypathie, megapathie

5. polytheoloog

Mondeling:

Marit kiest de eerste leerling willekeurig uit.

Oefening theorie Griekse voor- en achtervoegsels

Wat: Maak met de voor- en achtervoegsels zelf woorden. Zet daarna de betekenis van het woord erachter.

Tijd: 5 minuten.

Klaar: Maken huiswerk: blz. 40 t/m 44 opdr. 4 t/m 11.

Volgende week gaan we proberen online te werken.

Antwoorden

a: asociaal

anti-: anti-Amerikaans, antigif, antioorlog.

bio-: bio-industrie

eco- : ecologisch

hyper-: hyperactief

-itis: bronchitis

-loog: psycholoog, ethymoloog

macro-: macrofauna

mega-: megabyte

Antwoorden oefening

micro-: micro-organisme, microscoop

para-: paranoïde,

-pathie: empathie, telepathie

poly-:  polyritmiek, polycyclisch

pshycho-: psychologisch, psycholoog

-scoop: telescoop, stetoscoop

tele-: telescoop, telefoon

theo-: theologie

Wat betekent de flora?

1. Dierenwereld
2. Plantenwereld

Wat betekent domineren?

1. Overheersen
2. Stiekem beïnvloeden
3. Vrolijk huppelen
4. Eerlijk zijn

Welk woord zie je op de afbeelding?

1. Meedogenloos
2. Schaamteloos
3. Mild
4. Humeurig

Aan de slag in de online omgeving

Maken online: opdracht 4 t/m 11.