MASSAMEDIA: herhaling H3 met Kahoot

Massamedia

H1
1 / 24
next
Slide 1: Slide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Massamedia

H1

Slide 1 - Slide

Vandaag: 
1. Check-in: hoe zit je erbij? Welke            successen? 
2. Herhalen begrippen H3: Nieuwsvoorziening
3. Samen oefenen
4. Kahoot! 

Slide 2 - Slide

Functies van de media:

  • Informatie
  • Agendafunctie
  • Meningsvorming (opinie)
  • Amusement
  • Controle/Waakhond
  • Socialisatie

Slide 3 - Slide

Wat is de Agendafunctie
Als een mediabericht als functie heeft om een bepaald onderwerp onder de aandacht te brengen bij burgers of bij de politiek.


(Bron: MethodeM.nl) 

Slide 4 - Slide

Agendafunctie en Nepnieuws? 
Verdiepingsvraag: 

Heeft Nepnieuws effect op de Agendafunctie van de media? 
Leg uit! 


Slide 5 - Slide


Hoe wordt nieuws geselecteerd?



  • Mensen die nieuws samenstellen en verspreiden, werken op een redactie, de redacteurs
  • Hun teksten en foto's krijgen ze van journalisten en fotografen.



Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide


Hoe actueel is de gebeurtenis?

  • Nieuws is 'nieuw' (=actueel) en niet 'oud'
  • Sommig nieuws blijft 'langer actueel' (bijvoorbeeld aanslagen 9/11 en oorlogen)



Slide 8 - Slide


Hoe bijzonder is het?

  • Nieuws moet bijzonder zijn
  • Hoe vreemder, heftiger, erger hoe beter
  • De ene zender vindt dit meer nieuws dan een andere zender



Slide 9 - Slide


Hoe dichtbij is het?

  • Hoe dichterbij het nieuws, hoe belangrijker mensen het vinden
  • Herkenbaarheid zorgt ook voor een hogere nieuwswaarde: Ik hoop maar dat zoiets mij niet overkomt



Slide 10 - Slide


Wat heeft de belangstelling 
van de lezers/kijkers?



  • Wat is de doelgroep?
  • Vergelijk maar het NOS Journaal met RTL4 Nieuws of het Jeugdjournaal!



Slide 11 - Slide

De 8 selectiecriteria

Deze moet je kennen voor je toets! 

Slide 12 - Slide

Selectie van het nieuws 
Waarom haalt de ene gebeurtenis het nieuws wel, en de andere gebeurtenis het nieuws 
niet. Bij het maken van zo'n selectie letten de journalisten op de volgende criteria: 

1. De doelgroep: voor wie wordt het eigenlijk geschreven? Jeugd journaal of NOS-stories?

2. De actualiteit: een gebeurtenis moet nieuw zijn, iets van vorige week is niet relevant.

3. De nabijheid (dichtbij): gebeurt het hier in Nederland? Of ergens ver in Afrika?

4. Bijzonder of uitzonderlijk: iets vreemds of onverwachts maakt mensen nieuwsgierig. 

Slide 13 - Slide

Selectie van het nieuws

5. De belangstelling van een groot publiek: Als heel veel mensen een gebeurtenis                      interessant zullen vinden, dan komt het sneller in het nieuws.

6. Eigen waarden en normen van de journalist: eigen mening over wat belangrijk is of niet.


7. De commerciële belangen: verkopen ze zo meer?


8. Identiteit of doelstelling van het medium: wat vindt de redactie zelf belangrijk? (Chr.)

Slide 14 - Slide

In de krant staat een bericht over een Japanse jongen van 8 jaar die al op de universiteit zit. Dit bericht is in de krant geplaatst omdat
A
het dichtbij is gebeurd
B
het past bij de waarden en normen van de journalist
C
het heel erg bijzonder is

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

Journalisten proberen betrouwbaar nieuws te brengen. Dat doen ze op drie manieren: 
Bron: MethodeM.nl

Slide 17 - Slide

Wat betekent Fake news?
Nepnieuws is misleidende informatie die wordt verspreid om geld te verdienen of om de mening van het publiek te beïnvloeden. 

Slide 18 - Slide

Burgerjournalistiek
Als burgers die van beroep geen journalisten zijn, nieuwsberichten gaan verzamelen en opschrijven.



(Bron: MethodeM.nl)


Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Waarom maken mensen nepnieuws?
1. In Nederland wordt vooral nepnieuws verspreid om geld te verdienen. Hoe meer mensen op een artikel klikken, hoe meer geld de makers krijgen vanwege de getoonde advertenties. 
2. Ook maken mensen bewust nepnieuws om meningen te beïnvloeden, bijvoorbeeld in de aanloop naar verkiezingen.

Slide 22 - Slide

Volgende keer
Herhaling H4 Beinvloeding

Slide 24 - Slide