Verslaving

Verslaving
1 / 12
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Verslaving

Slide 1 - Slide

Doel
Je weet wat verslaving is en hoe je het kan herkennen
Je krijgt inzicht in verschillende soorten verslavingen
Je leert over de gevolgen van verslavende middelen
Effecten van verslavingen 

Slide 2 - Slide

Verslaving

Slide 3 - Mind map

Wat is verslaving? 
Je spreekt van verslaving als je:

niet meer zonder een middel kunt, lichamelijk of psychisch
steeds meer nodig hebt van een bepaald middel om hetzelfde effect te bereiken
ontwenningsverschijnselen krijgt als je niet gebruikt. 

Dit kunnen lichamelijke verschijnselen zijn, zoals zweten of trillen. Of geestelijke verschijnselen zoals onrustig zijn of in paniek raken als je het middel niet gebruikt meer dan de helft van de dag bezig bent met het gebruik door erover te denken, het te verkrijgen of daadwerkelijk te gebruiken

Slide 4 - Slide

Soorten verslavingen

Slide 5 - Mind map

Middelen

Alcohol
roken
Cocaine
GHB
Chrystal Meth
Cannabis
Medicijnen

Gedrag

Gokken
Gameverslaving
Seks verslaving
Eten
Shoppen
Social media
Telefoon

Slide 6 - Slide

Hoe ontstaat een verslaving?


Een lekker zoet ijsje eten, zes afleveringen van je favoriete serie kijken en je likes op Instagram checken. Het zijn dingen waar we blij van worden. Daar zit ook precies het gevaar: mensen zijn geneigd om dingen waar ze blij van worden, steeds opnieuw op te zoeken en te herhalen. Dit komt doordat op die momenten, er in je hersenen een specifiek netwerk van gebieden wordt geactiveerd: het beloningssysteem.


Slide 7 - Slide

Neurotransmitters zijn de signaalstofjes die zenuwimpulsen overdragen tussen zenuwcellen (neuronen) en/of kliercellen en spiercellen. Je zou het boodschappers kunnen noemen bestaande uit een chemische substantie.
Dopamine is de belangrijkste neurotransmitter in het beloningssysteem en betrokken bij het 'belonende' gevoel dat ontstaat bij gedragingen zoals eten, drinken en seks. Alcohol, maar ook andere verslavende middelen, hebben een stimulerend effect op de dopamine-afgifte.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Hoe zit dat bij jullie?
A
Geen drugs en geen alcohol!
B
Zo nu en dan experimenteren en ik drink
C
Ik drink maar gebruik geen drugs
D
Ik gebruik drugs maar geen alcohol

Slide 10 - Quiz

Opdracht
Werk in tweetallen een gedrags- en middelenverslaving uit. 


Slide 11 - Slide

Maak helder wat de verslaving inhoud
Welke cijfers zijn er bekend over de verslaving? 
Wat zijn de (mogelijke) gevolgen van de verslaving? 
Hoe ziet de behandeling er uit voor de verslaving? 
Wat heb je geleerd over de verslaving? 

Benoem de bronnen die je hebt gebruikt in een slide. 
Besteed aandacht aan de vormgeving van de presentatie. 

Slide 12 - Slide