Les 6 - Hormonen

Les 6 - Hormonen
1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Les 6 - Hormonen

Slide 1 - Slide

Doelen
  1. Je kunt benoemen wat terugkoppeling is en hiervan voorbeelden geven.
  2.  Je kunt de werking van adrenaline, glucagon en insuline benoemen.
Hormonen zijn stoffen die de werking van organen regelen.

Slide 2 - Slide

Hormoonklieren
Hormonen worden gemaakt in de hormoonklieren.

Slide 3 - Slide

Insuline en adrenaline
We gaan wat dieper in op insuline (en glucagon) en adrenaline.

Slide 4 - Slide

Terugkoppelingssysteem.

Slide 5 - Slide

Hormonen uit de alvleesklier regelen je bloedsuikerspiegel.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Suikerziekte

Slide 8 - Slide

Filmpje
Wat gebeurt er in je lichaam als je zenuwachtig bent.

Slide 9 - Slide

Vliegtuigjes vouwen
timer
1:00

Slide 10 - Slide

Adrenaline
Als je schrikt, iets spannend vindt of bijvoorbeeld gestrest bent, gaat je bijnier het hormoon adrenaline afgeven. Dit zorgt ervoor dat glycogeen in de lever wordt afgebroken tot glucose. Ook verwijdt het de bronchiën, verhoogt het de hartslag en zorgt het voor betere doorbloeding van o.a. de skeletspieren. 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Wat is insuline?
A
Een suiker
B
Een hormoon
C
Een verteringssap

Slide 13 - Quiz

Wie maakt insuline?
En wat is het effect van insuline?
A
Alvleesklier - Glucose wordt omgezet in Glycogeen
B
Alvleesklier - Glycogeen wordt omgezet in Glucose
C
Schildklier - Glucose wordt omgezet in Glycogeen
D
Schilklier - Glycogeen wordt omgezet in Glucose

Slide 14 - Quiz

Bij een hoog insulinegehalte in je lichaam..
A
gaat de hoeveelheid glucose in je bloed dalen
B
gaat de hoeveelheid glucose in je bloed stijgen

Slide 15 - Quiz

Wat is adrenaline?
A
een stressreactie
B
een bloedlichaam
C
een impuls
D
een hormoon

Slide 16 - Quiz

Adrenaline wordt gemaakt in
A
alvleesklier
B
schildklier
C
hypofyse
D
bijnieren

Slide 17 - Quiz

De bijnieren maken het hormoon adrenaline.

Welk effect kan adrenaline hebben op je lichaam?

A
je ademhaling vertraagt
B
je hartslag daalt
C
glycogeen wordt omgezet in glucose
D
je pupillen worden kleiner

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Video

Doelen
  1. Je kunt benoemen wat terugkoppeling is en hiervan voorbeelden geven.
  2.  Je kunt de werking van adrenaline, glucagon en insuline benoemen.
Hormonen zijn stoffen die de werking van organen regelen.

Slide 20 - Slide