Grammar Short answers + prepositions of time

1 / 16
next
Slide 1: Video
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

What do you think?
Dutch people are....
A
rude
B
blunt
C
both
D
none of the answers

Slide 2 - Quiz

Korte ja/nee antwoorden
In Nederland vind wij het niet raar wanneer mensen een kort ja of nee antwoord geven op een vraag.
Op bijvoorbeeld een vraag als:
Gaat Toon mee naar het concert?
Krijg je dan een kort antwoord:
ja / nee

Slide 3 - Slide

Beleefd
De meeste Engelsen zijn erg beleefd.
Zij gebruiken meestal geen korte 
ja / nee antwoorden maar herhalen een deel 
van de vraag in het antwoord.

Slide 4 - Slide

short yes/no answers
Op de vraag:
The concert is on Friday. Is Toon joining us?
krijg je in England niet alleen ja/nee maar
Yes, he is
No, he isn't

Slide 5 - Slide

Grammar uitleg
Door het filmpje op de volgende slide aan te klikken, krijg je een korte uitleg over hoe je zulke korte Engelse antwoorden maakt.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Did you understand the grammar explanation?
A
yes
B
no
C
a little bit

Slide 8 - Quiz

More grammar 
Prepositions of time: on, in, at

Wanneer gebruik je ze?
Bekijk en luister naar de uitleg in het filmpje op de volgende slide.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Do you remember?
Next slide

Connect the orange words to the 
correct Preposition of time

Slide 11 - Slide

IN
ON
AT
precise time
days
dates
months
years
centuries
seasons
times of the day
expressions

Slide 12 - Drag question

Did you understand the grammar explanation?
A
yes
B
no
C
a little bit

Slide 13 - Quiz

Grammar explanation
If you did not understand the explanations in the short films about short yes/no answers and the Prepositions of time, open your Textbook on 
page 11 and read the Dutch explanation.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

What to do next
-exercises about grammar, p.15 WB, E14, E15, E16

Slide 16 - Slide