CA1 Marketing les 10

Marketing les 10
1 / 27
next
Slide 1: Slide
Marketing les 1MBOStudiejaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Marketing les 10

Slide 1 - Slide

Huiswerk voor morgen
MC02   Product 2.5  35 t/m 37   extraverwerk. 18 + 19
MC02 Prijs 3.2  19 + 20

Slide 2 - Slide

Een verkoper in een winkel vraagt of jij het merk Huawei kent.
Vraagt hij naar de passieve of naar de actieve merkbekendheid?
A
Passieve merkbekendheid
B
Actieve merkbekendheid

Slide 3 - Quiz

Wat is geen uitgangspunt voor het vaststellen van de prijs?
A
Kosten
B
Winst
C
Concurrentie
D
Vraag

Slide 4 - Quiz

Bij welke prijsvaststellingsmethode komt het begrip "prijzenoorlog" voor?
A
Kostengeoriënteerde prijsstelling
B
Concurrentiegeoriënteerde prijsstelling
C
Winstgeoriënteerde prijsstelling
D
Vraaggeoriënteerde prijsstelling

Slide 5 - Quiz

Prijsstellingsmethode
Uitgangspunten bij vaststellen prijs:

  • Kostengerichte (kostengeoriënteerde) prijsstelling
  • Concurrentiegerichte prijsstelling
  • Klantgerichte/ vraaggeörienteerde prijsstelling

Slide 6 - Slide

Klantgerichte prijsstelling (vraaggerichte/ afnemergerichte prijsstelling)
= prijs die de klant wil betalen is uitgangspunt


  • Psychologische prijszetting--> prijs net onder een rond getal dat de klant het gevoel geeft voordeliger te zijn (illusie)
  • Meervoudige prijzen --> aanbiedingen in de vorm van 3 halen 2 betalen







Slide 7 - Slide

Klantgerichte prijsstelling
Snob/ prestige pricing  = producten die hun status door de hoge prijs krijgen. Als de prijs lager is zijn ze minder interessant

 
 bijv juwelen, merkkleding, Mercedes AMG --> € 299.995

Slide 8 - Slide

Klantgerichte prijsstelling
Loss leader pricing = een prijsstrategie, waarbij een product wordt verkocht onder de marktprijs met als doel om later in de funnel met up-sells en cross-sells de winst per klant alsnog te verhogen

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Prijsdiscriminatie
= voor hetzelfde product aan verschillende afnemersgroepen verschillende prijzen rekenen

  • introductieprijzen voor nieuw product
  • Voorintekeningen
  • Vroegboekkorting
  • Korting voor snelle inschrijvers
  • tijdelijke of speciale korting
  • vaste klanten korting
Abonneekorting
clubkorting
  

Slide 11 - Slide

Voorbeeld van prijsdiscriminatie online

Slide 12 - Slide

Wat is het verschil tussen Prijsdiscriminatie en Prijsdifferentiatie?

Slide 13 - Open question

Prijsdiscriminatie 
= voor hetzelfde product aan verschillende afnemersgroepen verschillende prijzen rekenen

Prijsdifferentiatie
voor hetzelfde product aan verschillende afnemersgroepen verschillende prijzen rekenen als gevolg van kostenverschillen

Slide 14 - Slide

Prijs & nieuwe producten
Wat is een nieuw product? --> als de consument het als nieuw ervaart noem je dit een nieuw product
  • Iets dat eerder niet bestond
  • Een verbetering van een bestaand product

Slide 15 - Slide

Termen m.b.t. nieuw producten
Innovatie = ontwikkelen van nieuwe producten

Pioneer = 1e aanbieder van een nieuw product

Pioneer pricing = bepalen van de prijs door de pioneer voor een nieuw product

Slide 16 - Slide

Vaststellen van de prijs bij een nieuw product

2 methoden:
  • Afroomstrategie (skimming)
  • Penetratieprijsstrategie

Slide 17 - Slide

Afroomstrategie (skimming)
Bij deze methode begin je met een hoge prijs als de verkoop daalt, verlaag je de prijs. Hiermee bereik je weer nieuwe groepen kopers. Als de vraag dan weer daalt verlaag je de prijs wederom. Dit herhaal je tot je alle mogelijke doelgroepen hebt bediend.

Wanneer toepassen:
  • Echt innovatief, nieuw product
  • Hoge ontwikkelingskosten -->snel terugverdienen
  • Beperkte productiecapaciteit
  • Op grote schaal verspreiden van product is lastig


Slide 18 - Slide

Penetratieprijsstrategie

Is een gecombineerde introductie- en prijsstrategie in een bepaalde markt, waarbij de prijs voor een product eerst zeer laag wordt vastgesteld en in een latere fase langzaam hoger wordt gesteld

 

  • Producten voor een lage prijs in de markt zetten --> veel klanten
  • Je bent de concurrentie voor door: veel verkoop = verzadiging van de markt en lage prijs waar concurrent moeilijk onder kan duiken

Slide 19 - Slide

Geef een voorbeeld van een product waarbij sprake is van skimming?

Slide 20 - Open question

1. Welke kostengeoriënteerde methode kun je gebruiken als je marktleider bent?

Slide 21 - Open question

1. Welke kostengeoriënteerde methode kun je gebruiken als je marktleider bent?
Cost plus, target of prijsdifferentiatie

Slide 22 - Slide

2. Je wilt een vaste winst per productgroep behalen. Waarom gebruik je dan de Cost plus pricing methode?

Slide 23 - Open question

2. Je wilt een vaste winst per productgroep behalen. Waarom gebruik je dan de Cost plus pricing methode?

Omdat de prijs dan bepaald wordt aan de hand van een opslagpercentage.

Formule = Kostprijs + opslagpercentage voor winst

Slide 24 - Slide

3. Target pricing wordt ook wel ‘rate on investment’genoemd. Juist of onjuist? Kies het juiste antwoord.

A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quiz

4. Welke uitspraak is juist: Het nadeel van cost plus pricing is:

A
dat je gericht bent op maximale winst
B
dat je geen rekening houdt met de vraag
C
dat het leidt tot vermindering van de prijsconcurrentie
D
dat je geen goed beeld hebt van de kosten

Slide 26 - Quiz

Kist het juiste antwoord. Welke prijs neem je als uitgangspunt bij Backward pricing?
A
de kostprijs
B
de kostprijs + BTW
C
De prijs van het product als het innovatief zou zijn
D
de consumentenprijs

Slide 27 - Quiz