BS 1 het zintuigenstelsel

Thema 9
zintuigen
1 / 34
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slide and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema 9
zintuigen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

2

Slide 2 - Video

This item has no instructions

00:43
Wat is de kleur van de jurk?
blauw met zwart
wit met goud
iets anders

Slide 3 - Poll

This item has no instructions

02:04
Welke van de twee vlakken is donkerder?
bovenste
onderste
iets anders

Slide 4 - Poll

This item has no instructions

Wat weet je al over het zintuigenstelsel?

Slide 5 - Mind map

Wat is MS? Multiple sclerose is een ziekte van het centrale zenuwstelsel. Doordat er iets mis is in het afweersysteem, wordt de laag om de zenuwen (myeline) aangevallen en beschadigd. Zenuwen komen hierdoor bloot te liggen en geven minder goed signalen van en naar de hersenen door. Soms gebeurt dit zelfs helemaal niet. Hierdoor kunnen plotseling verlammings- en uitvalsverschijnselen optreden.
Wat is motivatie?
A
De zin om een handeling uit te voeren
B
Alles wat een mens of dier doet
C
Niet meer reageren op een bepaalde prikkel
D
Aandacht voor anderen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Als je misselijk wordt in de auto, komt dat doordat je evenwichtsorgaan in de war is. Waar zit je evenwichtsorgaan?
A
je hersenen
B
je oren
C
je keel

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Waarnemen doe je met je
A
zintuigen
B
ogen

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Waaruit bestaat het zintuigenstelsel?
A
De oren en de ogen
B
Alle zintuigen bij elkaar
C
Alle zintuigen behalve de huid
D
De oren, ogen, huid, neus en tong

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Gedrag ontstaat door prikkels. Wat is een prikkel?
A
een verandering waarop je kunt reageren
B
alles wat een mens doet
C
een handeling
D
een verandering van gedrag

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Waar zitten de gehoor zintuigcellen?
A
Trommelvlies
B
Slakkenhuis
C
Buis van Eustachius
D
Aambeeld

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Het oog heeft als taak prikkels op te vangen.
Wat is de prikkel voor de zintuigen in het oog?
A
geur
B
druk
C
licht
D
geluid

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Een voorbeeld van een waarneming is...
A
Geluid
B
Gehoorzintuig
C
Horen

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Op deze plek liggen de meeste kegeltjes
A
gele vlek
B
blinde vlek
C
netvlies
D
iris

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Hoe wordt het zintuig oog ook genoemd?
A
zichtzintuig
B
oogzintuig
C
gezichtszintuig
D
zienzintuig

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de prikkel voor het evenwichtsorgaan
A
Geluid
B
zwaartkracht
C
Vloeistof
D
Trilhaartjes

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van het evenwichtsorgaan?
A
het evenwichtsorgaan heeft een belangrijke functie bij het horen van geluiden
B
Het evenwichtsorgaan neemt waar wat de stand van het hoofd is
C
Het evenwichtsorgaan zorgt ervoor dat de delen van het oor op hun plek blijven zitten
D
Het evenwichtsorgaan zorgt ervoor dat je hoofd naar rechts of links beweegt

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Je kan proeven door de samenwerking van
A
Oog en neus
B
Oog en tong
C
Neus en tong
D
Mond en tong

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

... is een opening in de iris.
A
Regenboogvlies
B
Lens
C
Glasachtig lichaam
D
Pupil

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Waarmee voel je?
A
Je huid
B
Je bloed
C
Je botten
D
Je pezen

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Waar bevindt zich het evenwichtsorgaan?
A
In de keel
B
Achter de ogen
C
In de hersenen
D
In de oren

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

De kegeltjes in het netvlies zijn voor
A
beeldvorming
B
kleuren zien
C
scherpte van het beeld
D
zwart/wit zien

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Als pigment mist in de kegeltjes dan:
A
ben je nachtblind
B
ben je oudziend
C
heb je staar
D
ben je kleurenblind

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Waar zit het evenwichtsorgaan?
A
6
B
9
C
10
D
11

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Gedrag ontstaat door prikkels. Wat is een prikkel?
A
Iets wat je ruikt, proeft, ziet of hoort
B
alles wat een mens doet
C
een handeling
D
een verandering van gedrag

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Kegeltjes en staafjes
A
Kegeltjes: waarnemen grijstinten Staafjes: waarnemen kleuren
B
Kegeltjes: waarnemen grijstinten, wit en grijstinten Staafjes: waarnemen kleuren
C
Kegeltjes: waarnemen kleuren en wit Staafjes: waarnemen kleuren. grijs en zwart
D
Kegeltjes: waarnemen kleuren Staafjes: waarnemen zwart, wit en grijstinten

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

wat is een impuls?
A
een elektrisch signaal
B
een zenuwcel
C
een hersenonderdeel

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Proeven doe je met
A
Je mond
B
Je tong
C
Je tong en je neus
D
Je mond en je neus

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Het zintuigenstelsel is een orgaanstelsel
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Als je misselijk wordt in de auto, komt dat doordat je evenwichtsorgaan in de war is. Waar zit je evenwichtsorgaan?
A
je hersenen
B
je middenoor
C
je binnenoor
D
je uitwendig oor

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Je hebt verschillende zintuigen.
Welk zintuig hoort bij het oog?
A
gezichts zintuig
B
licht zintuig
C
gehoor zintuig
D
reuk zintuig

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Wat behoort niet tot je zintuigenstelsel?
A
Ogen
B
Hersenen
C
Oren
D
Huid

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

In het oog hebben we staafjes en kegeltjes die licht opvangen.

Stel dat mijn kegeltjes stuk zijn...
A
Dan ben ik kleurenblind
B
Dan moet ik minder bowlen
C
Dan zie ik geen licht donker
D
Dan ben ik blind

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

‘Waarnemen’ is...


A
Horen, zien, eten, voelen, ruiken en proeven.
B
Je bewust worden van wat je hoort, ziet, voelt, ruikt en proeft via je zintuigen.
C
Alles wat een kat hoort, ziet, voelt, vindt en ruikt.

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions