vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen

Vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen
In je boek kun je dit vinden op blz. 88.

Woordenschat H3
We kijken eerst naar een filmpje met uitleg .
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen
In je boek kun je dit vinden op blz. 88.

Woordenschat H3
We kijken eerst naar een filmpje met uitleg .

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Vaste voorzetsels komen voor bij:

- werkwoorden;
- zelfstandig naamwoord + werkwoord + voorzetsel;
- bijvoeglijk naamwoord +  werkwoord + voorzetsel.

Slide 3 - Slide

Vaste voorzetsels

Veel werkwoorden hebben een vast voorzetsel: vertrouwen op, beschikken over, zich schamen voor.

Slide 4 - Slide

Vast voorzetsel
De betekenis van het werkwoord verandert  als er zo'n vast voorzetsel bij staat, of als je het voorzetsel verandert.

Bijvoorbeeld:

Houden
betekent iets heel anders dan 
houden van
Lachen naar
betekent iets heel anders dan 
lachen om

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Vaste voorzetsels met een zelfst. nw + ww 
zijn bijv. 

 een hekel hebben aan ....
 last hebben van ......

Slide 7 - Slide

Vaste voorzetsels met een bijv. nw + ww 
zijn bijv. 

 zeker zijn van ....
 kwaad zijn op ......

Slide 8 - Slide

Voorzetseluitdrukkingen
Voorzetseluitdrukkingen zijn woordcombinaties die je kunt vervangen door één woord (een voorzetsel).

Bekijk de volgende voorbeelden maar eens.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Welk voorzetsels passen in de zin?
Een andere naam [...] suikerziekte is diabetes.
Veel mensen waren het niet eens [...] het wetsvoorstel van de regering.
Alle fietsers worden 's avonds [...] de politie gecontroleerd [...] hun fietsverlichting.
door
in
met
naar
om
op
van
voor

Slide 12 - Drag question

Zet op de plaats van de puntjes een voorzetsel dat in de zin past.

Hij houdt heel erg ... aardbeien.

Slide 13 - Open question

Zet op de plaats van de puntjes een voorzetsel dat in de zin past.

Hij rekent ... jou met het eten.

Slide 14 - Open question

Zet op de plaats van de puntjes een voorzetsel dat in de zin past.

Hij is ontzettend bang ... spinnen.

Slide 15 - Open question

Zet op de plaats van de puntjes een voorzetsel dat in de zin past.

... ingang ... vandaag is de weg afgesloten. (komma)

Slide 16 - Open question

Zet op de plaats van de puntjes een voorzetsel dat in de zin past.

... ingang ... vandaag is de weg afgesloten. (komma)

Slide 17 - Open question

Vul een passende voorzetseluitdrukking in:

In het najaar werd er […] het 200-jarig bestaan van het koninkrijk een groot aantal festiviteiten georganiseerd.

Slide 18 - Open question

Vul een passende voorzetseluitdrukking in:

[…] de hevige sneeuwval ligt het openbaar vervoer vrijwel plat.

Slide 19 - Open question

Vul een passende voorzetseluitdrukking in:

[…] zijn belgedrag met de mobiele telefoon kon de politie achterhalen wanneer de verdachte met zijn mededaders gesproken had.

Slide 20 - Open question

Oefen met voorzetsels.

Klik door naar de oefeningen van CambiumNed.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link

aan de hand van
A
voor
B
aan
C
met
D
van

Slide 23 - Quiz