This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Ronella Rietveld.
Instructeur zorg en welzijn.
Slide 1 - Slide
Theatertechnieken in het
onderwijs.
Slide 2 - Slide
waarom lukt het docenten en instructeurs vaak niet om een gehele les boeiend te houden voor onze studenten?
waardoor komt het dat iemand die op het theater staat soms alleen een zaal vol mensen wel geboeid kan houden?
theatertechnieken zijn goed te gebruiken om je eigen les te regisseren.
Slide 3 - Slide
Onderwerpen die aan bod komen.
Maak van je klaslokaal een podium.
Regie voeren in je klaslokaal.
Boodschap over brengen.
Gebruik maken van je technieken.
Slide 4 - Slide
hoeveel procent van onze verbale communicatie heeft invloed op wat we zeggen?
A
7%
B
55%
C
15%
D
33%
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
maak van je klaslokaal een podium.
Drie hoofdvragen die je als docent kunt stellen over je les:
1. is het de moeite waard om mijn les te volgen?
2. Heb ik de regie en ben ik geloofwaardig?
3. Komt mijn boodschap over?
Slide 7 - Slide
Gebruik een verhaalstructuur.
Gebruik een scene structuur met scenes van maximaal 6 minuten, dit voorkomt een concentratiedip.
Maak van vertellen een kunst, visualiseer je verhaal.
Slide 8 - Slide
hoeveel procent van wat we onthouden komt door dingen te zien, te visualiseren?
Slide 9 - Open question
Regie voeren in je klaslokaal.
Ontwikkel jouw handtekening, wat is jouw typische stijl van lesgeven? Waaraan herkennen studenten jou? Wat maakt jou tot jou?
Vertrouwen en leiderschap, jij bent als docent degene die de leiding heeft en zorgt voor sturing. Is het voor de student niet duidelijk wie de leiding heeft, dan nemen ze zelf het heft in handen. Bepaal wat je over wilt dragen en hoe, waar ga je staan? Hoe ga je jezelf presenteren?
Wees warm en competent, heb het beste met een student voor en haal het beste in hem naar boven. Een student beoordeeld jou op je warmte en competentie.
Zorg er voor dat verbale en non verbale communicatie met elkaar overeenkomen.
Slide 10 - Slide
Opdracht verbale- en non- verbale communicatie.
Slide 11 - Slide
De boodschap over brengen.
Spreken voor een groep, dit betekent dat je boodschap een grotere afstand moet overbruggen. De non verbale communicatie moet uitvergroot worden.
De juiste intentie, vertel je een spannend verhaal dan moet het ook spannend klinken. Je intentie bepaalt de toon van je verhaal.
Slide 12 - Slide
Wees je bewust van wat je doet en hoe je iets doet.
tijdens een les heb je te maken met je lesinhoud, de visie van je school en de bijbehorende protocollen. Je wilt je student ook echt iets leren. Ga geen onwaarheden vertellen en kijk of je bepaalde technieken kunt toepassen in een bepaalde groep. Hou rekening met wie je in je groep hebt en hoe deze groep het beste leert.
*bron: Maike Pollaert. Ja, boeien
Slide 13 - Slide
Samenvattend: kijk naar je leerlingen en maak gebruik van je technieken.
Vergroot je intentie, hoe groter het publiek hoe groter je intentie. Leuk wordt fantastisch.
Vertel smeuïg zonder ruis, laat details die alleen maar afleiden weg.
Praat in beelden. Vertel wat je ziet.
Maak gebruik van emoties, mensen kunnen zich beter verplaatsen in emoties dan tot feiten en cijfers.
Bouw de spanning op, vertraag, maak oogcontact en laat stiltes vallen.
Prikkel de nieuwsgierigheid met spanningsbogen.
Gebruik de ruimte
Observeer, neem elk uur vijf minuten de tijd om vanuit stilte de studenten de observeren. Het geeft een time-out en het levert veel informatie op over iedere student.