H4.8 Woordsoorten les 1

4.8 Woordsoorten les 1
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

4.8 Woordsoorten les 1

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
- Je kunt het onbepaald voornaamwoord benoemen.
- Je kunt het betrekkelijk voornaamwoord benoemen.
- Je kunt het betrekkelijk voornaamwoord met ingesloten antecedent benoemen.

Slide 2 - Slide

Woord van de week

Rondbazuinen

Slide 3 - Slide

Huiswerk
Opdrachten H4.7 1,2,3,4 en 8



Toetsen:
19 juni: SO afrondende SO Grammatica
26 juni: boektoets boek 4
27 juni: schrijfdossier inleveren
+ presentaties (zie planning SOM)
Testweektoets H4 en H5
timer
10:00

Slide 4 - Slide

Herhalen woordsoorten
lw
bn zn
vz
kww hww zww
av
ovw
btv
bw

Slide 5 - Slide

Een reclametekst vertalen is een kunst die niet iedereen beheerst.

Slide 6 - Open question

Een foutje is snel gemaakt, wat de verkoop behoorlijk kan beïnvloeden

Slide 7 - Open question

Theorie 
Een onbepaald voornaamwoord (onbep.vnw) duidt een persoon of een zaak aan, maar zegt niet precies wie of wat bedoeld wordt: 
Niemand, iedereen, men, je, menigeen, het, iets, zoiets, niets, alles, elk(e), ieder(e), menig(e), wat, ene, (een) zekere, een of ander(e) 

Slide 8 - Slide

Drie uitzonderingen: 
1. Het woord je is een onbepaald voornaamwoord als het 'men' betekent: moeilijkheden kan je maar beter vermijden. 
2. Het woord wat is een onbepaald voornaamwoord als het 'iets' betekent: neem jij ook wat mee naar het feest? 
3. Het woord het is een onbepaald voornaamwoord als het tijd, weersomstandigheden of sfeer aangeeft: 
Het is al laat, maar het is nog steeds gezellig. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

1. Noteer de onbepaalde voornaamwoorden uit de zin, gescheiden door komma's:
Men wist daar niets van.

Slide 11 - Open question

2. Noteer de onbepaalde voornaamwoorden uit de zin, gescheiden door komma's:
Hij zag iets wat de rest niet zag.

Slide 12 - Open question

3. Noteer de onbepaalde voornaamwoorden uit de zin, gescheiden door komma's:
Mag ik ook iets?

Slide 13 - Open question

Betrekkelijk vnw
Een betrekkelijk voornaamwoord wijst terug naar het antecedent: een woord of groepje woorden dat al eerder is genoemd. De belangrijkste betrekkelijke voornaamwoorden zijn: dat, die, wie, waar, dat

Het meisje dat in de rij staat, is Lotte.

Slide 14 - Slide

Betrekkelijk vnw
Wie en wat verwijzen als betrekkelijk voornaamwoord terug op een antecedent. Soms echter zit het antecedent als het ware opgesloten in wie en wat.

Wie dat doet, is een stommeling
Wat hij zei, klinkt redelijk.


Slide 15 - Slide

Betrekkelijk vnw
Dat is een betrekkelijk voornaamwoord met ingesloten antecedent.

Je kunt het vervangen door degene die of dat wat.
Dat wat hij zei, klinkt redelijk. 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Huiswerk

Opdrachten  H4.8 1,2,5,6,7,8,9

Toetsen:
19 juni: SO afrondende SO Grammatica
26 juni: boektoets ik moet je verraden.
27 juni: schrijfdossier inleveren
+ presentaties (zie planning SOM)
Testweektoets H4 en H5








Slide 18 - Slide

Presentaties


12 juni 2025
Presentaties van Lauren & Rob, Aram, Boaz en Bas (situatie gaza)
13 juni 2025
Presentaties van Seb&Levi, Colin&Tiemen
20 juni 2025
Presentaties van Arjan&Maurice, Gerben, Thijs &Koen
Onderwerpen doorgeven!!!











Slide 19 - Slide