Open en gesloten vragen, feit en mening

Interviewopdracht
Stap 2
1 / 12
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 12 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Interviewopdracht
Stap 2

Slide 1 - Slide

Aan het einde van deze les:
  • Weet je dat er verschillende soorten vragen zijn: gesloten vragen, open vragen en vervolgvragen
  • Kan je voorbeelden van gesloten, open en vervolgvragen bedenken
  • Weet je het verschil tussen een feit en een mening

Slide 2 - Slide

Stap 2: interviewvragen voorbereiden
Bedenk minimaal 9 vragen die je wilt stellen:
  • 3 gesloten vragen
  • 6 open vragen
  • Eventueel vervolgvragen

Slide 3 - Slide

Open vragen:
  • Nodigen uit tot een uitgebreid antwoord 
  • Beginnen vaak met een vraagwoord: wie, wat, waar, wanneer
  • Bijvoorbeeld: 'Waarom ben je politieagent geworden?'

Slide 4 - Slide

Gesloten vragen:
  • Zorgen voor een kort antwoord, meestal 'ja' of 'nee'
  • Bijvoorbeeld: 'Vind je het leuk om bij de politie te werken?'

Slide 5 - Slide

Vervolgvragen:
  • Gebruik je als je niet meteen antwoord krijgt
  • Gebruik je als je meer wilt weten of het antwoord niet duidelijk is
  • Vraag om herhaling, uitleg of een voorbeeld
  • Bijvoorbeeld: 'Kan je daar een voorbeeld bij geven?'

Slide 6 - Slide

Je kunt vragen naar een feit of mening

Slide 7 - Slide

Feiten:
Zijn echt waar
Kan je controleren
Kan je niet veranderen

Bijvoorbeeld: een jaar heeft 12 maanden





Meningen:
Zijn verschillend
Kan je niet controleren
Zijn bij iedereen anders
Bijvoorbeeld: ik vind voetbal een leuke sport

Slide 8 - Slide

Tips bij het afnemen van je interview:
Schrijf de vragen van te voren op
Maak aantekeningen
Neem het interview op

Slide 9 - Slide

Aan de slag!
  • Maak stap 2 van de interviewopdracht
  • Ga verder met het huiswerk voor vrijdag

Slide 10 - Slide

Huiswerk vrijdag 6 oktober
Basis: maak van Woordenschat H1 opdracht 2, 3, 4, 5, 7
+ stap 2 interviewopdracht
Kader: maak van Woordenschat H1 opdracht 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9
+ stap 2 interviewopdracht
Mavo: maak van Woordenschat H1 opdracht 2, 3, 4, 5 + woordenschat extra (achter prikker)
+ stap 2 interviewopdracht

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video