This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
De sociale bevolkingsgroei wordt bepaald door
A
geboorte
B
sterfte
C
migratie
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Slide
Bekijk het diagram en beantwoord de volgende vragen over de bevolkingsontwikkeling van Brazilië: 1. Hoe heet de vorm van het diagram van 1980? 2. Beschrijf en verklaar de bevolkingsontwikkeling van Brazilië in de periode 1980 - 2020
Slide 9 - Open question
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
In welke fase van het demografisch transitiemodel bevindt Brazilië zich? nu?
A
Eind fase 1
B
Eind fase 2
C
Eind fase 3
D
Eind fase 4
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Slide
Twee beweringen: 1. Als er sprake is van een hoge verstedelijkingsgraad is er sprake van bevolkingsdruk 2. Een hoog verstedelijkingstempo komt vooral voor in de centrumlanden
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist,
2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist,
2 juist
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Noteer vier problemen waar megasteden vaak mee te maken hebben
Slide 19 - Open question
Slide 20 - Slide
Wat is het verschil tussen een megastad en een wereldstad?
Slide 21 - Open question
Slide 22 - Slide
Twee beweringen: 1. Het noordoosten van Brazilië heeft een vestigingsoverschot 2. Veel Brazilianen vertrekken naar het noordwesten van Brazilië
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist,
2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist,
2 juist
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Hoeveel % van het inkomen werd in 2002 door 80% van de bevolking verdiend?
Slide 26 - Open question
Twee beweringen: 1. De Lorenzcurve van Brazilië van 20 jaar geleden wordt in het grijs weergegeven 2. Wanneer een land een Lorenzcurve heeft zoals de blauwe lijn weergeeft, dan is er sprake van een volledig eerlijke inkomensverdeling
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist,
2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist,
2 juist
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
In Brazilië is veel sociale ongelijkheid. Welk verband is er tussen de hoogte van het inkomen en de etniciteit?