WK2 1ABCD Chapter 2E Writing and grammar

New Year's Resolutions
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

New Year's Resolutions

Slide 1 - Slide

What are New Year's resolutions?

Slide 2 - Slide

Discussion
In groups of 3-4, pick 3 topics to discuss:

  1. Have you ever made a New Year’s Resolution? Discuss why/why not.
  2. What could you do this year to be a better student?
  3. Are there any habits you would like to stop doing this year?
  4. What language other than English would you like to learn, and why?
  5. What are some bad habits that some of your friends have?
  6. Are bad habits hard to break? Why?

timer
5:00

Slide 3 - Slide

Chapter 2 -Time for school

Slide 4 - Slide

Learning goals
Leerlingen die herhaling nodig hebben:
  • Ik kan de present simple gebruiken.
  • Ik kan zelfstandige naamwoorden vervangen voor persoonlijk voornaamwoorden.

Hele klas:
  • Ik kan vragen en ontkennende zinnen schrijven.

Slide 5 - Slide

Road map
  • Warm-up (New Year's resolutions)
  • Oefendictee
  • Grammar explanation
  • Task instruction/Work on tasks
  • Review
  • Looking ahead

Slide 6 - Slide

Oefendictee

Slide 7 - Slide

Vragen stellen 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Grammar schrift
Titel:
Vragen: ja/nee vragen

Slide 10 - Slide

De regel:
Om een vraag te maken met am, are, is of can?

Zet dan deze vorm aan het begin van de zin:
You are the teacher. -> Are you the teacher?
You can walk the dog. -> Can you walk the dog?

Slide 11 - Slide

Om vragen met am, are, is of can te beantwoorden
Are you the teacher?
Yes, I am. of No, I'm not. 

Can you walk the dog?
Yes, I can. of No I can't. of No, I cannot.
Let op: als de vraag aan jou wordt gesteld (you) dan beantwoord je met ik (I).

Slide 12 - Slide

Staat in de zin een ander werkwoord dan am, are, is of can? Dan zet je gewoon het woord DO vooraan de zin om een vraagzin te maken: 
They make pancakes.
Do they make pancakes?
I watch a film.
Do I watch a film?

Slide 13 - Slide

Vraagzin met she/he/it 
I like his shoes > Do I like his shoes?
He likes his shoes >                                    

Je moet nu geen DO vooraan zetten maar DOES
en je moet de -S achter like weghalen

Does he like his shoes?

Slide 14 - Slide

Grammar schrift
Titel:
Ontkenningen: not, -n't

Slide 15 - Slide

De regel
Om een ontkennende zin te maken moet je de woorden
do not (don't)  voor het werkwoord zetten

I don't go to school.
We don't dance a lot.

Slide 16 - Slide

Gewone zin

I like chocolate.
Ontkennende zin

I like not chocolate
is fout!

I don't like chocolate.

Slide 17 - Slide

Ontkenning met she/he/it
She/he/it personen krijgen geen don't maar doesn't voor het werkwoord.

Wat gebeurt er met de S achter het werkwoord?
He likes chocolate.
He doesn't like chocolate.

Slide 18 - Slide

Herhaling
Present Simple
Wie:
7 of minder antwoorden goed op de toets

Inhoud worksheet:
Uitleg
Oefeningen
-> af voor de volgende les
-> vragen: vandaag/flexuur morgen

Slide 19 - Slide

Tasks
E. Writing & grammar, p. 108
30-36
Worksheet

Thuis: SlimStampen (scroll naar beneden voor Grammar 4A en 4B)

Slide 20 - Slide

Verwachtingen
Duidelijk wat je moet doen?
Ga aan de slag.
Vragen?
We werken 10 minuten in stilte, daarna mag je rustig overleggen.

Slide 21 - Slide

Tasks
E. Writing & grammar, p. 108
30-36
Worksheet: present simple
-> moet af zijn voor de volgende les

Thuis: SlimStampen (scroll naar beneden voor Grammar 4A en 4B)
Je komt in SlimStampen via Magister. leermiddelen
tot 13.45

Slide 22 - Slide

Review

Slide 23 - Slide

NA de volgende slide....
1A

Slide 24 - Slide

Looking ahead
Maak de oefeningen van vandaag af
Vragen over de worksheet? Flexuur!
Leer de grammatica

Volgende week:
F. Listening
G. Reading

Slide 25 - Slide