25/1

25/1
1 / 22
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 6-8

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

25/1

Slide 1 - Slide

Ik / geef / jullie / straks / een taalblad!

Maar eerst

Slide 2 - Slide

Taalkring
zinsdelen

Slide 3 - Slide

Zinsdelen?
Als je een zin in stukken knipt, dan zet je voor en na ieder zinsdeel een streep.
De huiskamers / is / erg groot
Ik kan elk zinsdeel voor de persoonsvorm zetten om de zin kloppend te laten zijn.

Slide 4 - Slide

Zin:
Zijn broertje maakte die lastige breuken zonder fouten.

Wat is de persoonsvorm? Vraagzin / andere tijd
Zijn broertje maakte die lastige breuken zonder fouten.

Wat is het onderwerp? Wie / wat + pv
Zijn broertje maakte die lastige breuken zonder fouten.



Zin:

Wat is het lijdend voorwerp? Wie / wat + pv + o
Zijn broertje maakte die lastige breuken zonder fouten.

Wat is de bijwoordelijke bepaling? Hoe?
Zijn broertje maakte die lastige breuken zonder fouten.

Let op die en zonder horen ook bij het zinsdeel! 
Want ze kunnen niet op zichzelf staan.





Slide 5 - Slide

Zinsdelen

De raket schiet snel de ruimte in.

Slide 6 - Slide

Maak groepjes van 3 waarin 1 iemand van elke jaargroep zit. Pak daarna een wisbordje
timer
1:00

Slide 7 - Slide

Waar is de zin juist verdeeld?

Slide 8 - Slide

De planeet brandt.
A
De / planeet / brandt
B
De planeet / brandt
C
De / planeet brandt

Slide 9 - Quiz

Mijn tante koopt een ruimte pak.
A
Mijn / tante / koopt/ een ruimtepak
B
Mijn / tante koopt / een ruimte pak
C
Mijn tante / koopt / een ruimtepak

Slide 10 - Quiz

Jij hebt dat verwoest!
A
Jij / hebt dat / verwoest!
B
Jij hebt / dat / verwoest!
C
Jij hebt dat / verwoest!
D
Jij / hebt / dat / verwoest!

Slide 11 - Quiz

Ik geef een bloemetje aan de alien.
A
Ik / geef / een bloemetje / aan de alien.
B
Ik / geef / een / bloemetje / aan de alien.
C
Ik / geef / een bloemetje aan de alien.
D
Ik / geef / een / bloemetje / aan / de alien.

Slide 12 - Quiz

Mijn moeder heeft zes aliens gezien.
A
Mijn moeder / heeft / zes / aliens gezien.
B
Mijn moeder heeft / zes aliens / gezien.
C
Mijn / moeder / heeft / zes / aliens / gezien.
D
Mijn moeder / heeft / zes aliens / gezien.

Slide 13 - Quiz

Haar neef werkt bij NASA.
A
Haar neef / werkt bij NASA.
B
Haar / neef / werkt bij NASA.
C
Haar / neef / werkt / bij NASA.
D
Haar neef / werkt / bij NASA.

Slide 14 - Quiz

Is er leven op Mars?
A
Is er leven / op Mars?
B
Is er leven / op Mars?
C
Is / er / leven / op Mars?
D
Is / er / leven / op / Mars?

Slide 15 - Quiz

Schrijf de zin over en hak de zin in zinsdelen:


Ik kijk graag naar glinsterende sterren.

Slide 16 - Slide

Schrijf de zin over en hak de zin in zinsdelen:

Jupiter heeft een grote diameter.

Slide 17 - Slide

Ruim de wisbordjes op
Netjes op een stapel in de bak.
Stiften en doekje erin.

Slide 18 - Slide

Begin aan opdracht 1

Slide 19 - Slide

Rekenen met breuken in context.

Slide 20 - Slide

Aan de slag!
Maak opdracht 1 t/m 6 eerst zwart.
Klaar?
- Maak blauw
- Maak de t en v som
- Kijk na
timer
30:00

Slide 21 - Slide


's nachts
's zaterdags
's winters
Da's

M'n 
's morgens
's Middags 
's zondags 



Slide 22 - Slide