muziek

Woensdag 10 september
  1. eigen boek werken
  2. woorden herhalen en oefenen voor dictee/woordbingo
  3. spreekoefeningen/taalriedels/blad afmaken
  4. zinnen maken/grammatica
  5. thema muziek: stijlen en luisteroefening Disk en filmpjes
  6. 17 miljoen mensen
1 / 40
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare school

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

Items in this lesson

Woensdag 10 september
  1. eigen boek werken
  2. woorden herhalen en oefenen voor dictee/woordbingo
  3. spreekoefeningen/taalriedels/blad afmaken
  4. zinnen maken/grammatica
  5. thema muziek: stijlen en luisteroefening Disk en filmpjes
  6. 17 miljoen mensen

Slide 1 - Slide


Jazz

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

muziekstijlen
klassieke muziek
jazz muziek
rap muziek
house
pop muziek
rock 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Slide 7 - Link

Slide 8 - Video

de supermarkt
de markt

Slide 9 - Slide

de bibliotheek
de snackbar

Slide 10 - Slide

het restaurant
het hotel

Slide 11 - Slide

zinnen
Ik kijk naar een film in de bioscoop
De mensen gaan vrijdag naar de moskee
Zij gaan op zondag naar de kerk
Wij kopen een boek bij de boekhandel
wij lenen een boek bij de bibliotheek
Ik eet in het restaurant
Wij gaan een nachtje slapen in een hotel

Slide 12 - Slide

veel    weinig
moeilijk          makkelijk

Slide 13 - Slide

recht 
krom

Slide 14 - Slide

vrolijk
verdrietig
bedroefd

Slide 15 - Slide

ziek                   gezond

rond            vierkant

Slide 16 - Slide

de druiven
de kiwi

Slide 17 - Slide

de drop
de hagelslag

Slide 18 - Slide

de boterham
de kruiden

Slide 19 - Slide

de wortel
de mais

Slide 20 - Slide

de worst
de yoghurt

Slide 21 - Slide

0

Slide 22 - Video

het verkeersbord


  • rechtdoor 
In Nederland zijn veel verkeersborden

Slide 23 - Slide

de kruising

Slide 24 - Slide

de snelweg
de straat

Slide 25 - Slide

het plein
het park

Slide 26 - Slide

de rotonde
de verkeerslichten

Slide 27 - Slide

behoefte, aangenaam, genieten,  boeien-geboeid, 
een hekel hebben aan, duidelijk
1. Ik heb dat niet nodig, ik heb geen behoefte aan hulp
2. De stilte in het park is aangenaam
3. Zij is lekker aan het dansen, ze is aan het genieten
4. Die muziek vindt ik echt niets, ik heb er zelfs een hekel aan
5. Moet ik het nog eens uitleggen of is het duidelijk
6. Hij is geboeid door de muziek, hij hoort niets anders meer.

Slide 28 - Slide

Het meisje houdt niet van ruzie
Ze heeft er een ......... aan


A
hakel
B
aangenaam
C
hekel
D
behoefte

Slide 29 - Quiz

genieten
A
leuk vinden
B
moeilijk vinden
C
makkelijk vinden
D
verdrietig vinden

Slide 30 - Quiz

De ............. flat.
A
hoge
B
hoog
C
hooge
D
hogge

Slide 31 - Quiz


A
de bus
B
de trein
C
de tram
D
de sprinter

Slide 32 - Quiz

Hij vindt de muziek .........................

Slide 33 - Open question

Heb je een vraag of is het ..........?

Slide 34 - Open question

Wat is het meervoud van 'druif'.
A
druifen
B
druiven

Slide 35 - Quiz


A
de supermarkt
B
de slagerij
C
de bakkerij
D
de snackbar

Slide 36 - Quiz


Slide 37 - Open question

wat is dit?
A
de rotonde
B
de straat
C
de kruising
D
het fietspad

Slide 38 - Quiz

mooi- mooier- mooist
Deze jurk is mooier dan die blauwe.
Dit boek is dikker dan die van jou.
Mijn huis is hoger dan de schuur.

Slide 39 - Slide

0

Slide 40 - Video