Verpleegkundige diagnose

Diagnose stellen 
Probleem formuleren mbv PES
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Diagnose stellen 
Probleem formuleren mbv PES

Slide 1 - Slide

Theorie 
- Verpleegkundig proces 
-  Verzamelen van gegevens
- Probleem  (actueel of potentieel)
- Diagnose  (PES)




Slide 2 - Slide

Fasen van methodisch werken

Slide 3 - Slide

Informatie verzamelen
(hoe doe je dat?)

Slide 4 - Mind map

objectief / subjectief
Verschil tussen feiten en meningen/interpretaties 
belang van feitelijkheid bij het observeren.
 
Daarnaast wordt er in de zorg ook “gemeten” : de meest zuivere observaties: bijvoorbeeld RR, T, P, bloedwaarden. Daarover is geen discussie!

Slide 5 - Slide

Objectief en subjectief observeren
• Mevrouw Jansen ziet er erg onverzorgd uit.
• Agnes loopt continue op en neer, het lijkt erop alsof zij nerveus is.
• Mevrouw van Alphen is erg onzelfstandig. Ze kan nog niet eens haar broek optrekken!!
• Meneer Peters draagt een blauwe broek en colbert en een gestreepte bloes.

• Jan sloeg met zijn vuist op tafel.
• Mevrouw Emmen is agressief.
• Alle dementerenden eten slecht.


Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Wat weet je over het
stellen van een
diagnose

Slide 8 - Mind map


Verpleegkundige diagnose
A
gaat alleen over een potentieel probleem
B
gaat alleen over een actueel probleem
C
gaat over zowel een actueel als potentieel probleem
D
A,B,C is niet goed omdat een diagnose niet door een VP gesteld mag worden

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Video

PES

P= probleem
E= ethiologie
S= symptomen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Je kan met deze methode een verpleegkundige diagnose vaststellen.
A
POP
B
PAP
C
PES
D
EBP

Slide 13 - Quiz

Wat is PES ?

  • De PES wordt gebruikt om een verpleegkundige diagnose te maken SMART is een hulpmiddel waar een verpleegdoel aan moet voldoen.

Slide 14 - Slide

P?
  • De P staat voor Probleem
  • Een probleem is een beknopte beschrijving van de actuele en/of potentiële gezondheidsproblemen van de zorgvrager, zijn naasten en zijn omgeving.
  • Voorbeelden zijn angst, pijn, verdriet, verstoorde slaap of verminderde mobiliteit.

Slide 15 - Slide

E?

  • De E staat voor Etiologie (oorzaak)
  • Hierin wordt beschreven wat het probleem veroorzaakt, beïnvloedt of wat bijdraagt aan het ontstaan ervan

Slide 16 - Slide

S?
  • De S staat voor Symptomen
  • Hierin worden de symptomen (verschijnselen) beschreven die het gevolg zijn van het probleem.
  • Onderverdeeld in objectieve en subjectieve symptomen.
  • V.B. Koorts en een hoge bloeddruk-> objectief 
  • Pijn en onrust-> subjectief

Slide 17 - Slide

Tommie eet elke dag witbrood, patat en drinkt drinkt dagelijks cola. Hij heeft één keer in de week ontlasting. Hij heeft een vervelend gevoel in zijn buik. Hij zou meer vezels, groente en water moeten nemen. Welke zin hoort bij de letter E van de afkorting PES?
A
Hij heeft een vervelend gevoel in zijn buik
B
Hij heeft één keer in de week ontlasting
C
Hij eet dagelijks witbrood, patat en cola
D
Meer groente, vezels en water moeten drinken

Slide 18 - Quiz

Probleem
Oorzaak
Symptomen
Dhr kan moeilijk lopen
Dhr heeft pijn in zijn knie
Dhr sleept met zijn been

Slide 19 - Drag question

Meneer Bonder is 90 jaar en gaat alleen in een seniorenflat wonen. Eenzaamheid ligt op de loer. Eenzaamheid is in dit geval een ________ gezondheidsprobleem.
A
actueel
B
potentieel

Slide 20 - Quiz

Mevrouw Essen heeft dementie. Vergeetachtigheid is bij haar een _______ gezondheidsprobleem
A
actueel
B
potentieel

Slide 21 - Quiz

Mevrouw Hylkema heeft gisteren haar been gebroken. Ze zal de komende tijd veel in bed liggen of in een stoel zitten. Decubitus (wond door te lang liggen of zitten) is een _______ gezondheidsprobleem voor mevrouw Hylkema.
A
actueel
B
potentieel

Slide 22 - Quiz




Zijn er nog vragen??







Zijn er nog vragen??

Slide 23 - Slide