5.1 Brand

1 / 24
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

8.1 Brand
Deze les gaan we kijken naar:
- Brandvoorwaarden
- Reactieverschijnselen bij verbranding
- Reactieschema van een verbranding
- Oxyden


Slide 2 - Slide

Drie brandvoorwaarden:

Slide 3 - Slide

Branddriehoek
- brandstof
- zuurstof
- ontbrandingstemperatuur

Zonder 1 van de 3 brand-voorwaarden, is verbranding niet mogelijk of stopt de verbranding.

Slide 4 - Slide

reactieverschijnselen bij verbranding snelle verbranding
  1. ontstaan van warmte
  2. vlammen =brandend gas
  3. soms rook(= gas +vaste deeltjes)
  4. soms vonken(=vaste gloeiende deeltjes)
  5. vaak as
  6. (een explosie is een supersnelle verbranding waarbij veel gas ontstaat)

Slide 5 - Slide

Vlammen
Vlammen laten zien dat de 
stof die brand gasvormig is. 

De verbrandingsreactie van het gas vindt in de vlammen plaats.

Slide 6 - Slide

Rook
Rook is een mengsel van lucht, hete verbrandingsgassen en kleine deeltjes vaste stof. 

Rook is goed zichtbaar als er veel kleine deeltjes in zitten.  

Slide 7 - Slide

Vonken
Vonken zijn vaste deeltjes die zo heet zijn gewoorden dat ze zelf zijn gaan gloeien. 

Slide 8 - Slide

Vonken tijdens het vreugdevuur in Scheveningen bij de jaarwisseling in 2019. 

Slide 9 - Slide

As
Vaak blijft er as achter. As bestaat uit stoffen die niet of moeilijk branden. Of verbrandingsproducten die niet met de rook zijn meegevoerd. 

Slide 10 - Slide

Reactieschema
Alle verbrandingsreacties kun je met hetzelfde reactieschema weergeven:

Brandstof + zuurstof -> verbrandingsproducten

Slide 11 - Slide

Roesten van ijzer                                   Explosie 
langzame reactiesnelheid                Snelle reactiesnelheid

Slide 12 - Slide

Oxiden
Als je iets verbrand, gaat het een verbinding met zuurstof aan. Verbindingen van een element met zuurstof worden oxiden genoemd. 

Slide 13 - Slide

9.3 Fossiele brandstoffen

Slide 14 - Slide

Ik blaas een kaars uit. Welk onderdeel van de branddriehoek haal ik hier weg?
A
Brandstof
B
Zuurstof
C
Ontbrandings-temperatuur

Slide 15 - Quiz

Ik zet een potje over een brandende kaars. De kaars gaat uit. Welk onderdeel van de branddriehoek haal ik weg?
A
Brandstof
B
Zuurstof
C
Ontbrandings-temperatuur

Slide 16 - Quiz

CO₂ heet ook wel...
A
Koolstof-mono-oxide
B
Koolstof-di-oxide
C
dikoolstofdioxide
D
Koolzuurstof

Slide 17 - Quiz

wat is de naam van FeO?
A
Loodoxide
B
IJzeroxide

Slide 18 - Quiz

Wat is de naam van CuO
A
Koperoxide
B
Kaliumoxide

Slide 19 - Quiz

Wat is geen fossiele brandstof
A
Aardgas
B
Biomassa
C
Bruinkool
D
Steenkool

Slide 20 - Quiz

Fossiele brandstoffen bestaan uit koolstofatomen (C) en waterstofatomen (H).
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Waar komt de koolstofdioxide vandaan bij de verbranding fossiele brandstoffen?
A
Uit de lucht
B
Uit de fossiele brandstof
C
Uit het helal

Slide 22 - Quiz


Kunnen biobrandstoffen het gebruik van fossiele brandstoffen vervangen?
A
Ja, want biobrandstoffen volgen de snelle koolstofkringloop
B
Nee, want biobrandstoffen kosten veel landbouwgrond waar geen voedsel meer op verbouwd kan worden
C
Nee, want biobrandstoffen zoals waterstof zijn zeer brandbaar en explosief
D
Ja, want biobrandstoffen kan je opnieuw planten

Slide 23 - Quiz

Aan de slag
Maak nu opdracht 1 tm 14. 

Slide 24 - Slide