This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
hoe voel jij je vandaag?
Gevoelens
Slide 1 - Slide
Behoeften
Slide 2 - Slide
Bijbelverhaal
David en Goliath
Slide 3 - Slide
Bijbelverhaal Deel 1
Slide 4 - Slide
Bijbelverhaal Deel 2
Slide 5 - Slide
Doordenkers
Wat vinden jullie van Goliath?
Zouden jullie bang zijn om tegen hem te vechten?
Waarom dan?
Hoe zou een reus als Goliath te verslaan zijn?
Slide 6 - Slide
Bijbelverhaal Deel 3
Slide 7 - Slide
Bijbelverhaal Deel 4
Slide 8 - Slide
Wat denk je?
Zou het David lukken om deze reus van een soldaat te verslaan?
Is David daar niet te klein voor?
Moet je daar niet erg goed voor kunnen vechten?
Zou David dat wel durven?
Heeft iemand een idee hoe hij dat zou kunnen proberen?
Doordenkers
Slide 9 - Slide
Bijbelverhaal Deel 5
Slide 10 - Slide
Bijbelverhaal Deel 6
Slide 11 - Slide
Bijbelverhaal Deel 7
Slide 12 - Slide
Bijbelverhaal
Slide 13 - Slide
Kleurplaat
Slide 14 - Slide
Gevoelens
Kijk nog eens goed naar deze prent.
Zie je de kleine David?
En zie je de reus Goliath?
Hoe voelen zij zich?
Slide 15 - Slide
Gevoelens
Jij komt deze reus tegen.
Wat voel je dan allemaal?
Waaraan denk je?
Wat zou je doen?
Slide 16 - Slide
Waarom durfden de soldaten niet tegen Goliath te vechten?
ABCD-vraag
A
π Ze waren blij.
B
π¨ Ze waren bang van Goliath.
C
π΄ Ze waren te moe.
D
π Ze wisten niet wat te doen.
Slide 17 - Quiz
Wat vond David in de beek?
ABCD-vraag
A
π bladeren
B
π± takjes
C
βͺοΈ stenen
D
π§ water
Slide 18 - Quiz
Waarmee gooide David naar Goliath?
ABCD-vraag
A
β met zijn handen
B
πͺ΅ met een stok
C
βοΈ met een zwaard
D
β° met een slinger
Slide 19 - Quiz
Wie hielp David om dapper te zijn?
ABCD-vraag
A
π§ zijn broer
B
π koning Saul
C
β¨ God
D
π een soldaat
Slide 20 - Quiz
Wat deed het volk van IsraΓ«l toen David won?
ABCD-vraag
A
π΄ Ze gingen slapen.
B
π Ze waren blij en juichten.
C
π Ze liepen weg.
D
π§± Ze bouwden een huis.
Slide 21 - Quiz
Wat betekent dapper zijn volgens jou? Kun je een moment bedenken waarop jij zelf dapper was?
Open vraag
Slide 22 - Open question
David was klein, maar God hielp hem. Denk jij dat kleine mensen soms ook grote dingen kunnen doen? Hoe?
Open vraag
Slide 23 - Open question
David gebruikte geen zwaard, maar iets dat hij goed kende: zijn slinger. Wat kan jij heel goed? Hoe zou dat jou kunnen helpen als je bang bent voor iets?
Open vraag
Slide 24 - Open question
David vertrouwde erop dat hij niet alleen was. Aan wie denk jij als je bang bent of hulp nodig hebt?
Open vraag
Slide 25 - Open question
De mensen juichten voor David. Wanneer zou jij voor iemand juichen omdat hij of zij iets moois of goeds heeft gedaan?
Open vraag
Slide 26 - Open question
Wat vond je van het verhaal?
Verliep het zoals je verwacht had?
Was Goliath bang voor David? Waarom wel of niet?
Was David bang om tegen Goliath te vechten? Waarom wel of niet?
En zeker verdrietig. Weet je nog wat David zei als hij zich zo voelde?
Slide 30 - Slide
Theologiseren - Voorbeeld 1
Slide 31 - Slide
Theologiseren - Voorbeeld 2
TANDARTS
Slide 32 - Slide
Bewegen op muziek
Slide 33 - Slide
Stilteritueel
Slide 34 - Slide
Lied
U bent mijn redder.
Ik hoef niet bang te zijn. Altijd ben ik veilig, al heb ik wel eens pijn. U bent bij me. U bent mijn beste vriend die heel het leven mijn liedjes verdient. (2x)
Ik zing voor God, ik zing voor God, ik zing voor God mijn mooiste lied. (2x)