AFP Stofwisseling en spijsvertering

• Schoonheidsverzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Stofwisseling en spijsvertering

Leerdoelen

1. Je kunt benoemen welke verschillende stofwisselingssystemen er zijn en hoe je ze beïnvloeden kan.

2. Je kunt de 2 stofwisselingsprocessen benoemen.

3. Je kunt uitleggen hoe en waarvan het lichaam energie krijgt.

4. Je kunt benoemen welke weg voeding aflegt in het spijsverteringskanaal (opdracht)

Wat weet je stofwisseling? Benoem 2 dingen die je al weet.

Wat is stofwisseling?

De stofwisseling haalt voedingsstoffen uit voeding zoals koolhydraten, vetten en eiwitten en maakt hier energie en bouwstoffen van.

Onder te verdelen in 2 processen:

- Assimilatie 

- Dissimilatie 

Een ander woord is metabolisme 

Assimilatie/anabolisme

Lichaamsvreemde stoffen omzetten in lichaamseigen stoffen:

Brand - en bouwstoffen uit voeding halen

Waar?

Darmwandvlokken en lever

Dissimilatie/Katabolisme 

Het verbranden van de brandstof die door assimilatie is ontstaan:

- deze energie wordt omgezet in warmte om lichaamstemperatuur op peil te houden en voor lichaamsprocessen, zoals orgaan - en spierwerking.

Waar?

Lichaamscellen

Hoe wordt de energiewaarde gemeten van voeding?

Kilocalorieën

Kilojoules

1g Vet: 9kcal / 38kJ

1g Koolhydraat/eiwit: 4kcal / 17kJ

1g Alcohol: 7kcal / 29kJ

Stofwisselingssystemen

Wat gebeurt er met je lichaam als er meer dissimilatie is dan assimilatie?

1. Er gebeurt niets
2. Je komt aan
3. Je valt af

Wat gebeurt er als er meer anabolisme is dan katabolisme ?

1. Er gebeurt niets
2. Je komt aan
3. Je valt af

Hoe noem je de eenheid op dit plaatje?

Hoe noem je de eenheid op dit plaatje?

Welke organen zijn betrokken bij de spijsvertering? Noem er 2.

Welke komt eerst? De stofwisseling of de spijsvertering?

1. Stofwisseling
2. Spijsvertering

Zelf aan de slag

1. Opdracht over spijsvertering van Eline

2. Opdracht spijsvertering/stofwisseling in Teams 

- Teams-AFP Janneke Hoekstra- periode 3-