3 M&R / S&S - 6. Veranderingen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Lesopzet

K: presentatie paragraaf 6 

Z: maken paragraaf 6 (tm vraag 7)

Klaar? Ga verder met je studiewijzer.

Deze keer...

• Je kunt herkennen wat er in een bepaalde tijd verandert of hetzelfde blijft. 
• Je kunt bepalen om wat voor soort verandering het gaat. 

Veranderingen

Rond 500 waren er bijvoorbeeld volksverhuizingen die tot het einde van het Romeinse rijk leidden.

Sommige zaken blijven lang hetzelfde. De taal en het geloof bleef ook na de val van de Romeinen hetzelfde. 

Veranderingen

op verschillende gebieden

Politiek-Bestuurlijk

Alles wat te maken heeft met hoe in een land de macht verdeeld is. Hoe het bestuur georganiseerd was.

(Na de Romeinen kwamen uiteindelijk de Franken)

02:00

Waarom is een rivier een goede plaats voor een markt?

Veranderingen

op verschillende gebieden

Sociaal

Alles wat te maken heeft met de verschillen tussen groepen mensen in rijkdom, macht en aanzien.

(Hoe zie je dat Tilda uit het filmpje het sociaal goed heeft?) 

Veranderingen

op verschillende gebieden

Economisch

Alles wat te maken heeft met de manier waarop mensen in hun levensonderhoud voorzien. 

(Op welke manier werd er in Dorestad in levensonderhoud voorzien?)

Veranderingen

op verschillende gebieden

Cultureel

Alles wat te maken heeft met de ideeën van mensen, hun gewoontes, hun geloof, kunst en wetenschap. 

(Is het bekeren een culturele verandering?)

Het wapenexport verbod is een verandering op ..................... gebied

politiek-bestuurlijk

sociaal

economisch

cultureel

Dat vikingen plunderen is een ....... verschijnsel

politiek-bestuurlijk

sociaal

economisch

cultureel

Waarom is Dorestad niet in brand gestoken door de Vikingen?

Hoe kwam Dorestad wel aan haar einde?

Uiteindelijk wordt er nauwelijks meer gehandeld in Dorestad. Dit is een ...... verandering.

politiek-bestuurlijk

sociaal

economisch

cultureel

Deze keer...

• Je kunt herkennen wat er in een bepaalde tijd verandert of hetzelfde blijft. 
• Je kunt bepalen om wat voor soort verandering het gaat. 

Lesopzet

K: presentatie paragraaf 6 

Z: maken paragraaf 6 (tm vraag 6)

Begin op blz. 156

Klaar? Ga verder met je studiewijzer.