Les 51 (31-03)

Les 51

1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Les 51

Slide 1 - Slide

Programme
  • Presentie
  • Formatief toetsje voca A
  • Grammaire C
  • Au travail met La grammaire!
  • Afsluiting 

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Na de les...
...kun je vocabulaire betreffende een voetbal wedstrijd vertalen naar het Nederlands.

...kun je een imparfait herkennen.

...kun je aan de hand van een stappenplan een werkwoord in de imparfait vervoegen. 


Slide 3 - Slide

Formatieve toets voca A


We gaan naar de volgende LessonUp.

Slide 4 - Slide

Grammaire C
l'imparfait 
- Wie weet nog wanneer je de l'imparfait gebruikt?
  • Voor de verleden tijd

- Op welke tijd en persoon baseer je de imparfait?
  • Op de nous-vorm in de présent.

Slide 5 - Slide

L'imparfait -toepassen
Dit levert het volgende stappenplan op:
stap 1:
Neem de nous-vorm van de présent
vb: danser > nous dansons

Stap 2:
Haal -ons er af
vb: dansons - ons = dans...

Stap 3:
Voeg de vetgedrukte uitgangen hiernaast toe:
Je dans...       -ais
Tu dans...      -ais
Il dans...        -ait
Nous dans... -ions
Vous dans...  -iez
ils dans...       -aient

Slide 6 - Slide

Imparfait -onregelmatige vormen
être:

j'étais;
tu étais;
il était;
nous étions;
vous étiez;
ils étaient;
let op!
C'était = het was

Il y a = il y avait

Slide 7 - Slide

Imparfait -het gebruik
Je gebruikt de Imparfait wanneer je een toestand beschrijft, een herhaling of een gewoonte in het verleden:

Toestand: beschrijft een situatie > Le concert était super!

Herhaling / gewoonte: vaak staat er een woord dat herhaling aangeeft
> parfois, souvent, chaque jour, toujours. Il jouait souvent au foot.

Slide 8 - Slide

Au travail!
Faire ex. 13b, c et d 

klaar? Tekst A, H5 nakijken. 

Slide 9 - Slide

liedje met imparfait?
werkvorm spel imparfait?

Slide 10 - Slide

Zet het volgende werkwoord in de imparfait:

Chanter, nous
A
chantions
B
chantiez

Slide 11 - Quiz

Devoirs
Faire ex. 13b, c en d.

Apprendre voca B et grammaire C

Slide 12 - Slide