This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Zet de mensen van de burgerij (inwoners van de stad) op de juiste plek
bedelaars
Winkeliers en ambachtslieden
Rijke kooplieden
Gewone (arme) arbeiders
Slide 4 - Drag question
Gildemeesters hadden een hekel aan concurrentie. - Leg kort uit wat concurrentie betekent. - Leg uit hoe de gildemeesters concurrentie probeerden te voorkomen.
Slide 5 - Open question
Welke uitspraken over de gilden zijn juist?
Sleep deze naar het vakje juist en sleep de overige naar het vakje onjuist.
juist
onjuist
Het gilde controleerde de kwaliteit van de producten.
De leden van het gilde hielpen elkaar als een lid van het gilde ziek was.
Het gilde had niets te zeggen over de prijzen van de producten.
De leden van het gilde hielpen elkaar als een lid van het gilde doodging.
Het gilde vervulde geen rol in het opleiden van nieuwe ambachtslieden.