Communicatie les 2

Communicatieschema & soorten communicatie
Les 2 periode 3
1 / 20
next
Slide 1: Slide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Communicatieschema & soorten communicatie
Les 2 periode 3

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat is communicatie?
A
Een proces
B
Praten
C
Een overdracht
D
Informatie

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

"Joost humt tijdens een gesprek met mevrouw Jansen wanneer hij begrijpt wat zij zegt".
Sleep het juiste begrip naar de juiste persoon.
Mevr. Jansen
Joost
Zender
Ontvanger

Slide 3 - Drag question

This item has no instructions

Geef aan wie de zender, de ontvanger en wat de boodschap is. 
    De docent legt Marit een lastige vraag uit.
    Pieter stuurt een sms’je naar een klasgenoot.
    Je staat bij de bushalte en leest de reisinformatie van de 
    busmaatschappij.

   
Zender
Boodschap
Ontvanger
Marit
een lastige vraag
De docent
Pieter
een klasgenoot
een sms'je
Je
reisinformatie
busmaatschappij

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

Als je met jouw mentor in gesprek bent, is dit eenzijdige of tweezijdige communicatie?
A
eenzijdige communicatie
B
tweezijdige communicatie

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Als je voor de televisie zit, is dit eenzijdige communicatie of tweezijdige communicatie?
A
eenzijdige communicatie
B
tweezijdige communicatie

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Verbale en non- verbale communicatie
Verbale communicatie = Alle communicatie waarbij iemand met woorden (gesproken/ geschreven) informatie overbrengt. 

Nonverbale communicatie = Alle communicatie die niet via woorden verloopt (dit gebeurt bewust en onbewust). 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Lichaamstaal is een voorbeeld van...
A
Non-verbale communicatie
B
Verbale communicatie

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Vormen non-verbale communicatie
  • Algemeen voorkomen (eerste indruk)
  • Lichaamshouding
  • Eerste indruk
  • Gebaren
  • Gezichtsuitdrukking (mimiek)
  • Oogcontact
  • Stemklank en toonhoogte
  • Aanraking en nabijheidsgedrag

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn de doelen van non-verbale communicatie?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Wat houdt tegenstrijdige communicatie in?
A
Troebel communiceren
B
Je laat de ander niet in zijn waarde tijdens het gesprek
C
De ontvanger is niet actief betrokken bij het gesprek
D
Verbale communicatie komt niet overeen met non-verbale communicatie

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Aspecten/niveau communicatie
  • Inhoudsniveau: de inhoud van de boodschap, de feiten. 
  • Betrekkingsniveau : het niveau waarop de zender aangeeft hoe de ontvanger de inhoud moet opvatten en hoe hij zichzelf ziet in de relatie tot de ander.

Slide 13 - Slide

Inhoudelijk: wat er gezegd wordt. De boodschap, dus wat er overgebracht moet worden. Dit is vaak het meest duidelijke aspect.
Relationeel: hoe het gezegd wordt. bv. boos, aardig, beleefd, verlegen etc.
Bv. Medewerker Maatschappelijke Zorg: ‘Ruim die zooi toch eens op van tafel!’. Client: ‘Huh, rotzooi?’ Doe het lekker zelf.  hier gaat het niet om een inhoudsaspect, maar op de manier waarop de medewerker het zegt. De boodschap is wel duidelijk, alleen wordt die niet uitgevoerd door de manier waarop deze wordt gegeven. Wanneer je netjes vraag of de spullen opgeruimd mogen worden en aan zou geven dat je dit erg prettig zou vinden, dan wordt het waarschijnlijk wel gedaan.

Communicatie
Het inhoudsniveau gaat over wat er gezegd wordt, over de informatie, over de inhoud van het bericht. Het betrekkingsniveau over HOE het gezegd wordt.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Afstand en communicatie
Verschillende zones:
  • Intieme zone (tot 45 cm)
  • Persoonlijke zone (45 – 120 cm)
  • Sociale zone (120- 360 cm)
  • Publieke zone (360 cm of meer)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
  • Zoek op internet een kort kinderverhaal of sprookje op
  • Vertel deze met zoveel mogelijk mimiek en lichaamstaal
  • Gebruik zowel verbale als non-verbale communicatie
  • Je hebt maximaal 10 minuten om het voor te bereiden.
  • Daarna gaan we ze klassikaal uitvoeren.


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Na het lezen en horen van het communicatieschema, is dat eenzijdige communicatie of tweezijdige communicatie?
A
eenzijdige communicatie
B
tweezijdige communicatie

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions