Hulp bij uitscheiding

(Hulp bij) uitscheiding
1 / 32
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

(Hulp bij) uitscheiding

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Uitscheiding
Via je darmen, blaas, huid en longen verlaten afvalstoffen je lichaam. Denk maar aan: poepen, plassen, zweten, scheten laten, overgeven, uitademen. 

Door goed te kijken naar uitscheiding (observeren) kun je veel bijzonderheden zien.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Uitscheidingsproducten
- Urine (mictie)
- Ontlasting (defecatie, feaces)
- Menstruatie 
- Sputum
- Transpiratie
- Braken
 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Observeren urine:
  • Geur
  • Kleur
  • Hoeveelheid
  • Frequentie
  • Helderheid
  • Manier van urineren

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Kleur urine
  • Licht geel (helder) - Veel gedronken
  • Donkere urine - Weinig gedronken
  • Rode urine - Bloed in de urine
  • Bruine urine - Oud bloed/ leveraandoening

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Ontlasting
  • Kleur
  • Geur
  • Frequentie/ hoe vaak
  • Hoeveelheid
  • Samenstelling
  • Manier van defeceren
  • Spontaan verlies ontlasting

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Transpiratie 
Transpiratie: een gezonde reactie van het lichaam. 

Doel: afgeven van lichaamswarmte

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Transpiratie observeren
  • Veel transpireren: bijvoorbeeld door inspanning, warm weer
  • Koorts, angst, zwakte, afwijking in het centrale zenuwstelsel
  • Koud , klam zweet, geur (bacteriën of aceton)
  • Plaatselijk zweten; zweetvoeten, okseltranspiratie en zweethanden

Rapportage: Rapporteer de observatiegegevens en vooral afwijkingen




Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Menstruatie/ vaginaal bloedverlies

  • Menstruatiebloed bestaat uit: slijmvliesrestjes, velletjes, bloed, kleine bloedstolsels en vocht.
  • Verzorging: persoonlijke hygiëne; wassen schaamstreek met lauwwarm water, zonder zeep! Enkele keren per dag maandverband of tampon verschonen.
  • Postmenopauzaal bloedverlies
  • Oorzaken; vaginaal, baarmoeder/ baarmoedermond



Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Sputum observeren 
Observeren:

  • Hoeveelheid
  • Kleur en consistentie
    - slijmerig: helder en draderig
    - taai: kan oranjebruin zijn
    - etterig: groen
    - bloederig
  • Geur

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Braaksel observeren
Altijd rapporteren!
  • Tijdstip en frequentie; ochtend? 
  • Hoeveelheid;
  • Manier van braken; explosief braken
  • Bestanddelen; bloed, gal, darminhoud.
  • Geur; fecaal braken

Zorg bij braken: bakje geven, zorg dat het bed, de kleding en de haren zo schoon mogelijk blijven.
Let op dat de ademhalingsweg vrij blijft. Let op voeding; geen vette producten en geen zware producten. Vraag naar de wensen van de cliënt. Zorg voor privacy en rust!


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Beroepshouding en uitscheiding

1. omgaan met schaamte
2. zorg voor privacy
3. omgaan met spanning of angst van de zorgvrager

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

omgaan met schaamte

Zorgvragers kunnen last hebben van schaamte als het gaat over de uitscheiding
Toon begrip en geef privacy

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Zorg voor privacy
1. gordijn sluiten
2. deur sluiten
3. zorg dat de zorgvrager kan bellen voor hulp 
4. geef iemand voldoende tijd
5. luchtjes bestrijden

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Spanning en angst
1. zorgvrager is bang zichzelf te bevuilen en kan zich schamen
2. spanning werkt op de blaas en de zorgvrager moet vaker naar het toilet

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Welke maatregelen neem je rond de privacy en uitscheiding?

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Opdracht 39
Welke gevoelens kunnen meespelen als je op het toilet hulp zou krijgen? Enkele voorbeelden:
Opluchting                                   Opgelaten
Schaamte                                     Minderwaardigheid
Afhankelijkheid                          Zenuwachtigheid
Boosheid                                      Verdriet
Geruststelling                             Onzekerheid

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 40
Stel je bent afhankelijk van zorg. Je hebt per ongeluk op bed ontlasting gekregen en moet helemaal verschoond worden. Een helpende helpt je hierbij.
Bedenk zo veel mogelijk eisen, waarvan jij vindt dat deze helpende aan moet voldoen.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Hulpmiddelen

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

po en urinaal
postoel
douche stoel
po en urinaal spoeler
bed pan
urinaal

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Po geven op bed

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Passieve lift met toiletband

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Postoel
kan naast het bed staan als de zorgvrager niet naar het toilet kan maar wel even uit bed kan/ even kan staan

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Urinaal
voor mannen een fles om in te urineren

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Condoom katheter

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Urinaal
Fles om in te urineren

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Oefenen
- Po op bed
- Condoom katheter

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk opdracht 43-44
Lezen blauwe boek 25.3-25.4-25.5-25.7-25.8

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Hulp bij uitscheiding
Lesdoelen:
  • Je kan urine observeren;
  • Je kent aanpassingen van het toilet;
  • Je kan hulp bieden bij het urineren;
  • Je weet wat urine-incontinentie is.



Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Voor volgende week:
Vul de padlet in
https://padlet.com/ehengeveld1/6f3u38ff5p9e1ujl
Lees en maak
Opdrachten LA, signaleren gezondheidsproblemen
Bloedsomloop en Ademhaling

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Afsluiting

Slide 32 - Slide

Toelichting slide 20
Bespreek met de leerlingen of ze nog weten welke drie manieren je geluid kunt maken met een instrument (blazen, strijken en slaan). 
  • Welke nieuwe instrumenten hebben ze leren kennen? 
  • Welk instrument vonden ze het mooist? 
  • Zouden ze zelf ook een instrument willen spelen?