3 Juni 2H3- Betoog + argumenten

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Even voorstellen..

- Mevr. Klinkenberg

- [e-mail]

- Wo., Do., Vrij.

Lesinhoud

• Bespreken toets luisterboek
• Quiz "Wat is een betoog?" (herhaling)
• Standpunten bespreken
• Uitleg argumenten
• Betoogopdracht 2 & 3 bespreken

Huiswerk: Opdr. 2 + 3 uit de reader. 

-> deadline vrijdag 5 juni 12:00

Toets luisterboek

• Heeft iedereen het ingeleverd?

Jay, Nilab, Max, Nasser & Britte goed gedaan!!

Wat is een betoog?

Herhaling van wat mevrouw van Riessen vorige les heeft besproken.

Wat is het (voornaamste) doel van een betoog?

1. Amuseren
2. Informeren
3. Overtuigen
4. Instrueren

Welke van de volgende twee stellingen is het beste?

1. Ik vind school leuk.
2. Ik vind school leuk want dan zie ik mijn vrienden.

Denk eraan:

Geef nog geen argumenten in je standpunt (want...). De argumenten werk je pas uit in de volgende alinea.

Standpunten

• Formuleer hele zinnen (hoofdletters en punten)
• Geen want.. of maar.. 
• Concreet en duidelijk

"Ik vind dat de scholen dicht moeten want er lopen heel veel mensen rond op de middelbare school want niemand gaat denk ik luisteren naar de regels."

-> Ik vind dat de scholen dicht moeten.

"Ik vind het goed dat de scholen weer open gaan maar er moeten wel strenge regels komen."

-> Ik vind het goed dat de scholen weer open gaan.

-> Ik vind het goed dat de scholen open gaan als zij strenge regels invoeren.

"Ik vind dat als je opa/oma erg ziek is b.v. aan corona dat je ze nog wel soort van afscheid van ze mag nemen."

-> Ik vind dat je wel afscheid mag nemen wanneer je opa/oma overlijdt.

-> Ik vind dat je wel op bezoek mag komen wanneer je opa/oma erg ziek is.

"Er moeten duidelijke regels komen over wat wel en wat niet mag tijdens corona."

-> Er moeten duidelijke coronaregels komen.

Argumenten

• Elk argument in een eigen alinea. Elke alinea tussen de 3 en 5 zinnen.
• Begin met de kernzin (je argument) + signaalwoorden (ten eerste,  bovendien, maar, want, omdat, dus, daarom, …)
• Onderbouw je argument met goede feiten en meningen of voorbeelden. 

SEXI argumenteren

State -> geef een korte samenvatting van het argument

Explain -> leg uit (“Waarom is dat waar?” en “Waarom is dat belangrijk?”)

Illustrate -> geef een voorbeeld, feiten of weetjes.

Voorbeeld SEXI

State -> “Minder plastic is goed voor het milieu”

Explain -> “Jaarlijks komt meer dan 8 miljoen ton plastic in de oceaan terecht. Onze school zet zich in voor een betere wereld, dat begint bij onszelf”

Illustrate ->  “Door minder plastic te gebruiken in de school besparen we jaarlijks meer dan een ton plastic.”

Opdr. 2 maak een mindmap

Opdr. 3 bouwplan 

• Bedenk wat je wil vertellen.
• Gebruik steekwoorden
• Hoe uitgebreider hoe minder werk je later hoeft te doen!

Vragen?