2.1 De macht van de koning

Welkom bij GS!
  1. Telefoon in de tas!
  2. Pak je laptop en schrift erbij.
  3. Kom in de LessonUp met je eigen naam.

1 / 44
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Welkom bij GS!
  1. Telefoon in de tas!
  2. Pak je laptop en schrift erbij.
  3. Kom in de LessonUp met je eigen naam.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Herhaling 2.0
  2. Leerdoelen
  3. Start maken 2.1 De macht van de koning. 
  4. De Verlichting
  5. Lodewijk XVI
  6. Aan de slag!

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Herhaling: Over welk tijdvak gaat dit hoofdstuk?
A
Pruiken en Revoluties
B
Pruiken en Stoommachines
C
Verlichting en Absolutisme
D
Verlichting en Revoluties

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het eind van deze les weet je: 
  1. Wat De Verlichting was en waar dit vandaan kwam. 
  2. Heb je het begrip De Verlichting in je eigen woorden omschreven.
  3. Weet je hoe de filosofen Rousseau en Montesquieu over De Verlichting dachten.
  4. en je weet hoe de Franse koning Lodewijk XVI zijn land bestuurde.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

2.1 De macht van de koning

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Verlichte ideeën
  • Er ontstond een nieuwe manier van denken:
  • Mensen gingen zelf logisch nadenken! 
  • Als iets al lang bestaat, wil dat niet zeggen dat het goed is.
  • De oude Grieken en kerken, hebben die altijd gelijk?
  • Als iedereen 'ja' antwoordt, is 'ja' dan het juiste?
  • Je moet je eigen verstand gebruiken!

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verlichte ideeën
  • Hoe noemen we deze manier van nadenken?
  • Verlichting - Manier van denken uit de 17e en 18e eeuw.
Rousseau
Montesquieu

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Verlichte ideeën
Voorbeelden van deze verlichte ideeën:
  • 1. Alle mensen zijn gelijkwaardig

  • 2. Alle mensen hebben gelijke rechten (grondrechten?)
  • Grondrechten - Rechten die voor alle mensen gelden, overal ter wereld.

  • 3. De leiders van een volk moeten luisteren naar wat het volk wil. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Opdracht in je schrift
Leg in je eigen woorden uit wat De Verlichting precies was? 
Je hebt net veel informatie gekregen en gelezen, zet het in je eigen woorden. Geef voorbeelden om het voor jezelf beter te begrijpen.
timer
2:00

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Rousseau:
Koning krijgt macht niet van God maar van volk. Dus goed voor het volk zorgen! 
Montesquieu:
Niet alle macht bij 1 persoon maar bij meer mensen zodat het niet kan worden misbruikt. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

LD: Koppel de gedachtegang bij de juiste filosoof.
Montesquieu
Rousseau
Koning wordt niet door God gekozen maar door het volk
De macht mag niet bij 1 persoon liggen maar bij meerdere groepen

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

De koning en zijn volk
  • De Franse koning had enorm veel macht: Hij mocht alles zelf beslissen.
  • Geholpen door ministers, edellieden en ambtenaren.

  • De konings wil is wet! Absolute vorst.
  • Absolutisme - Vorm van regeren waarbij de koning alle macht heeft.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wat is absolutisme?
A
Een vorm van regeren waarbij het parlement alle macht heeft.
B
Een vorm van regeren waarbij het volk alle macht heeft.
C
Een vorm van regeren waarbij de koning alle macht heeft.
D
Een vorm van regeren waarbij een dictator alle macht heeft.

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het eind van deze les weet je: 
  1. Wat De Verlichting was en waar dit vandaan kwam. 
  2. Heb je het begrip De Verlichting in je eigen woorden omschreven.
  3. Weet je hoe de filosofen Rousseau en Montesquieu over De Verlichting dachten.
  4. en je weet hoe de Franse koning Lodewijk XVI zijn land bestuurde.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

LD: Wat betekent Verlichting?

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

LD: De konings wil is wet en De verlichting gaat dat samen?
Leg uit waarom wel of waarom niet.

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Ik kan antwoord geven op de leerdoelen:
LD1: Wat De Verlichting was en waar dit vandaan kwam. (in eigen woorden)
LD2: Weet je hoe de filosofen Rousseau en Montesquieu over De Verlichting dachten.
LD3: En je weet hoe de Franse koning Lodewijk XVI zijn land bestuurde.
Ja!
Nee
Een beetje, wel bijna!

Slide 18 - Poll

This item has no instructions

Aan de slag!
Hoofdstuk 2 Vrijheid en gelijkheid!
Paragraaf 2.1 De macht van de koning
Opdrachten: 2, 3 & 4 


Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Welkom bij GS!
  1. Telefoon in de tas!
  2. Pak je laptop en schrift erbij.
  3. Kom in de LessonUp met je eigen naam.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Herhaling vorige les.
  2. Leerdoelen
  3. Afmaken 2.1 De macht van de koning.
  4. Marie-Antoinette
  5. Franse Revolutie!
  6. Aan de slag!

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Herhaling: Waren ze tijdens de verlichte hier voor of tegen?
Verlichte denkers zijn voor
Verlichte denkers zijn tegen
Vrijheid van meningsuiting
Ongelijkheid
Vrijheid van godssdienst
Gelijke rechten voor iedereen

          De koning en kerk 

Slide 23 - Drag question

This item has no instructions

Herhaling: Koppel de gedachtegang bij de juiste filosoof.
Montesquieu
Rousseau
Koning wordt niet door God gekozen maar door het volk
De macht mag niet bij 1 persoon liggen maar bij meerdere groepen

Slide 24 - Drag question

This item has no instructions

Herhaling: Wat is absolutisme?
A
Een vorm van regeren waarbij het parlement alle macht heeft.
B
Een vorm van regeren waarbij de koning alle macht heeft.
C
Een vorm van regeren waarbij het volk alle macht heeft.
D
Een vorm van regeren waarbij een dictator alle macht heeft.

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het eind van deze les weet je: 
  1. Hoe de standensamenleving van Frankrijk eruit zag.
  2. Je kan twee redenen noemen waarom de schatkist van Frankrijk leeg was.
  3. En je kent de datum van het begin van de Franse Revolutie.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Paleis van Versailles
Lodewijk XVI & 
Marie-Antionette

Slide 27 - Slide

800 hectare
700 kamers

Slide 28 - Video

This item has no instructions

(Herhaling) De koning en zijn volk
  • Lodewijk XVI was een absolute vorst (?)
  • Absolutisme is een vorm van regeren waarbij de koning alle macht heeft.
  • Geholpen door ministers, edellieden en ambtenaren.
  • De wil van de koning was wet!

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Standensamen-
leving
  • 1e & 2e stand - 3% van de bevolking.
  • 3e stand - 97% van de bevolking.
  • 1e & 2e stand - 75% van de grond in Frankrijk & geen belasting.
  • 3e stand: Boeren, ambachtslieden, wetenschappers, rijke kooplieden & wel belasting.
Frankrijk

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Uit hoeveel standen bestond de standensamenleving in Frankrijk ?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Frankrijk

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Frankrijk
3e stand
1e & 2e stand
De arme 3e stand draagt de rijke 1e & 2e stand.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Link

This item has no instructions

Geld gebrek
  • 1788-1789 Slechte oogst.
  • Duur leven en oorlogen
  • Extra belasting!
  • Wat gebeurde er?

  • Voor het eerst in 150 jaar een algemene vergadering! Alle 3 de standen bij een. Voor of tegen?
  • Wie kreeg er gelijk?

Slide 35 - Slide

Vergadering van leden van de drie standen bijeen. Iedereen mocht een stem uitbrengen, voor of tegen. 

De geestelijken en edelen stemden tegen en hoefden nog steeds geen belasting te betalen. De derde stand was teleurgesteld!
14 juli 1789: Bestorming van de Bastille

Slide 36 - Slide

In Bastille was een grote voorraad buskruit opgeslagen. De relschoppers namen Bastille in en hakte het hoofd van de directeur af! Met dit hoofd liepen ze door de straten van Parijs.

Slide 37 - Video

This item has no instructions

Revolutie!
Einde van de absolute vorsten!
Vrijheid, gelijkheid en broederschap
liberté, égalité, fraternité

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het eind van deze les weet je: 
  1. Hoe de standensamenleving van Frankrijk eruit zag.
  2. Je kan twee redenen noemen waarom de schatkist van Frankrijk leeg was.
  3. En je kent de datum van het begin van de Franse Revolutie.

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

LD: Standensamenleving Frankrijk.
1e & 2e stand
3e stand
3% van de bevolking
97% van de bevolking
Betalen wel belasting
Betalen geen belasting
Geestelijken
Boeren
Rijke kooplieden
Bezitten 75% van alle grond

Slide 40 - Drag question

This item has no instructions

LD: Waarom was de schatkist van Frankrijk leeg?
Verwerk 2 redenen in je antwoord.

Slide 41 - Open question

This item has no instructions

LD: Wanneer begon de Franse Revolutie?
A
14 juni 1789
B
14 juli 1788
C
14 juni 1788
D
14 juli 1789

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions

Ik kan antwoord geven op de leerdoelen:
LD1: Hoe de standensamenleving van Frankrijk eruit zag.
LD2: Je kan twee redenen noemen waarom de schatkist van Frankrijk leeg was.
LD3: En je kent de datum van het begin van de Franse Revolutie.
Ja!
Nee
Een beetje, wel bijna!

Slide 43 - Poll

This item has no instructions

Aan de slag!
Hoofdstuk 2 Vrijheid en gelijkheid!
Paragraaf 2.1 De macht van de koning
Opdracht 5, 6, 7, 8 & 9
Extra: 12

M2a 14-12 6e | M2b 

Slide 44 - Slide

This item has no instructions