H7: Herhalingsles / Oppervlakte en inhoud - 3M

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Start geen nieuwe vergadering

Accepteer 

in LessonUp c

deze les. Als het c
kan op een 2e device.

Welkom   wiskunde!

Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed
in.

Wat gaan we doen?

●  Lesdoel bespreken

●  Herhalen H7

●  Vraagmoment

bij

We gaan zo starten.

Pak je wiskundespullen.

vanaf nu tellen de cijfers

van de SE-week mee 

in het examendossier!!

Doel van deze les!

Je kent de leerdoelen van H7

of weet wat je nog moet doen om deze te behalen.

H7: Oppervlakte en inhoud

VK 2D en 3D

1. Eenheden omrekenen

2. Oppervlakte en omtrek
3. Oppervlakte ruimtefiguren
4. Inhoud

5. Oppervlakte en vergroten
6. Inhoud en vergroten

H8: Getallen

VK Machten

1. Grote getallen

2. Wetenschappelijke notatie

3. Eenheden van tijd

4. Eenheden van snelheid

5. Verhoudingen

H2: Meetkunde

VK Rekenen en Pythagoras

4. Aanzichten

Kubus

Balk

cilinder

Bol

Kegel

Piramide

Prisma

55 m = ... hm

1. 0,55
2. 5,50
3. 550
4. 5500

23.000 dm = ... km

1. 0,23
2. 2,3
3. 23
4. 230

8,5m​2​​=...cm​2​​

1. 850
2. 8 500
3. 85 000
4. 850 000

3,4km​2​​=...are

1. 3 400
2. 34 000
3. 340 000
4. 3 400 000

7.400.000mm​2​​=...m​2​​

1. 0,74
2. 7,4
3. 74
4. 740

400m​2​​=...ha

1. 0,04
2. 0,4
3. 4
4. 40

1,23 liter = ... ml

1. 1,23
2. 12,3
3. 123
4. 1.230

0,5m​3​​=...liter

1. 5.000
2. 500
3. 500.000
4. 5.000.000

7,5dl=...mm​3​​

1. 750
2. 0,00075
3. 0,075
4. 750.000

7.3: Eenheden

7.3: Eenheden

Wat is de formule voor de oppervlakte van een driehoek?

1. opp.Δ=0,5⋅l⋅b
2. Opp.Δ=0,5⋅z⋅bh
3. Opp.Δ=l⋅b
4. Opp.Δ=z⋅bh

Wat is de oppervlakte van de driehoek hiernaast?

1. 64,5dm​2​​
2. 129dm​2​​
3. 6,45m​2​​
4. 645dm​2​​

Wat is de oppervlakte van de driehoek hiernaast?

1. 6cm​2​​
2. 7,5cm​2​​
3. 10cm​2​​
4. 60cm​2​​

Wat is de formule voor de oppervlakte van een parallellogram?

1. opp.parallellogram=​2​​1​​⋅l⋅b
2. opp.parallellogram=​2​​1​​⋅z⋅bh
3. opp.parallellogram=l⋅b
4. opp.parallellogram=z⋅bh

Wat is de oppervlakte van het figuur hiernaast?

1. 130
2. 143
3. 110
4. 71,5

Wat is de formule voor de omtrek van een cirkel?

1. omtrekcirkel=π⋅straal​2​​
2. omtrekcirkel=diameter⋅π
3. omtrekcirkel=π⋅straal​2​​⋅h
4. omtr.cirkel=diameter⋅π⋅h

Omtrek vlakke figuren       

• Omtrek vlakke figuren met rechte zijden = alle zijden optellen
  
  
• Omtrek cirkel  =       x diameter 
  

π

Wat wordt hiernaast aangegeven door de zwarte lijn?

1. diameter
2. straal
3. cirkel

Wat is de formule voor de oppervlakte van een cirkel?

1. opp.cirkel=π⋅straat​2​​
2. opp.cirkel=diameter⋅π
3. opp.cirkel=π⋅straal​2​​⋅h
4. opp.cirkel=diameter⋅π⋅h

Oppervlakte vlakke figuren       

• Opp. vierkant = lengte x breedte
  
• Opp. rechthoek = lengte x breedte
  
• Opp. Parallellogram = zijde x bijbehorende hoogte
  
• Opp. driehoek = 0,5 x zijde x bijbehorende hoogte 
  
• Opp. cirkel  =       x straal² 
  

π

(Opp. = oppervlakte)

Opp. vierkant = zijde x zijde

                           = zijde2

Welke kleur is het grondvlak van de prisma hiernaast?

1. paars
2. geel
3. oranje
4. Er is geen grondvlak

Van welke figuren bereken je de inhoud met
Inhoud = opp. grondvlak x hoogte

1. vierkant
2. kubus
3. cilinder
4. piramide

Hoeveel is de inhoud van de figuur hiernaast?

1. 63cm​2​​
2. 63cm
3. 63
4. 63cm​3​​

Hoeveel is de inhoud van de figuur hiernaast?

1. 120cm​3​​
2. ≈2.262cm​3​​
3. ≈754cm​3​​
4. ≈377cm​3​​

Inhoud 'recht ruimtefiguur'= opp. grondvlak x hoogte          

• I kubus = lengte x breedte x hoogte
  
  
• I balk = lengte x breedte x hoogte
  
  
• I cilinder =       x straal²  x hoogte
  
  
• I prisma       =  0,5 x zijde x bijbehorende hoogte x hoogte     

π

Δ

(I = Inhoud)

Inhoud 'puntig ruimtefiguur'=      x I. recht zelfde grondvlak  

I piramide        =      x  lengte x breedte x hoogte

I piramide        =      x lengte x breedte x hoogte

I piramide        =      x 0,5 x zijde x bijbehorende hoogte x hoogte

I kegel =       x        x straal2 x hoogte 

​3​​1​​

​3​​1​​

​3​​1​​

​3​​1​​

Δ

​3​​1​​

π

Als de vergrotingsfactor 0,8 is.
Wordt het beeld dan groter of kleiner?

1. groter
2. kleiner

Een bedrijf maakt twee formaten koekenpannen. Koekenpan A heeft een diameter van 24 cm.
Koekenpan B is 1,3 x zo groot.
Wat is de diameter van pan B?

1. 40,56 cm
2. 52,728 cm
3. 31,2 cm
4. ca. 18,5 cm

In mijn tuin heb ik een terras van 25 m².
Dit terras wil ik vergroten met een vergrotingsfactor van 1,5.
Hoeveel m² wordt mijn nieuwe terras?

1. ≈56m​2​​
2. ≈38m​2​​
3. ≈84m​2​​
4. ≈17m​2​​

Pringles verkoopt zijn chips in verschillende maten bussen.
In de kleinste verpakking zit 40 cm3 chips.
In de grootste bus zit 1200 cm3 chips.
Wat is de vergrotingsfactor afgerond op 2 decimalen?

1. 3,11
2. 0,27
3. 0,87
4. 5,5

Formules bij vergrotingsfactor    

• Bij lengte:                  lengte beeld = vergrotingsfactor x lengte origineel
                                          vergrotingsfactor = lengte beeld : lengte origineel
  
• Bij oppervlakte:      Opp. beeld = vergrotingsfactor2 x opp. origineel
  
  
• Bij inhoud:               Inhoud beeld = vergrotingsfactor3 x Inhoud origineel
               
  
  

vergrotingsfactor=√​opp. beeld:opp. origineel​​​

vergrotingsfactor=​3​​√​inhoud beeld:inhoud origineel​​​

0⩽vf<1⇒kleiner          vf=1⇒even groot          vf>1⇒groter

Huiswerk week 9

Les 1: Leren H7:
Leer of oefen alle leerdoelen van H7

Les 2: Maken van H7:

 blz. 100-102: D-toets opg. 1 t/m 13  

Les 3: Nakijken en verbeteren:

Formatieve toets van H7.

FT H7
2e les van deze week

Inleveren in teams vóór 3e les