Hoofdstuk 5

Hoofdstuk 5
1 / 28
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 5

Slide 1 - Slide

Wat weten jullie nog van de begrippen: Verschillende klimaten, invloed van zee, invloed van relief en klimaatgrafiek.

Slide 2 - Mind map

Lesplanning 
  • Lesdoelen 
  • Invloed van zee op het klimaat 
  • Invloed van reliëf op het klimaat 
  • Verschillende soorten klimaten 
  • Klimaatgrafiek 
  • Opdracht uitleggen 
  • Afspraken en regels 
  • Zelfstandig aan de opdracht werken 
  • Afsluiting  

Slide 3 - Slide

Lesdoelen 
  •  Aan het einde van de les kunnen de leerlingen in hun eigen woorden in de begrippen  klimaat en klimaatgrafiek omschrijven. 
  • Aan het einde van de les kunnen de leerlingen de invloed van zee en reliëf op het klimaat beschrijven. 
  • Aan het einde van de les kunnen de leerlingen deze begrippen toepassen op een willekeurig land. 
  • Aan het einde van de les kunnen de leerlingen een klimaatgrafiek aflezen en verschillende klimaatgrafieken bij klimaten koppelen. 

Slide 4 - Slide

Wat voor soort begroeiing (planten) past er bij een hooggebergte klimaat?
A
Mossen
B
Grassen
C
Stenen en kaal
D
Naaldbomen

Slide 5 - Quiz

Hoe hoger je komt, hoe warmer de luchttemperatuur wordt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Plantengroei veranderd met hoogte
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Bij de alpenweide groeien er nog bomen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

De droge kant van de berg is:
A
Loefzijde
B
Lijzijde
C
Droogzijde
D
Natzijde

Slide 11 - Quiz

De natte kant van de berg is:
A
Loefzijde
B
Lijzijde
C
Droogzijde
D
Natzijde

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

In de winter is wind van zee warmer, dan wind vanaf land.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Hoe noem je wind dat vanaf zee het land op komt
A
Zeewind
B
Landwind
C
Aanlandige wind
D
Aflandige wind

Slide 16 - Quiz

Invloed van de zee in de zomer:
Hoe verder van de koelere zee, hoe warmer het wordt.
18
22
26
Zomer
In de zomer is het dicht bij de zee nog koeler. Dit komt omdat de zee dus in de winter heeft kunnen afkoelen en niet snel opwarmt in de zomer. Om die reden wordt de lucht boven de zee afgekoeld, met als gevolg dat er een frissere wind over het land in de zomer waait. Hoe verder deze koele zeewind landinwaards gaat, hoe warmer die wordt. Dit komt omdat land dus sneller opwarmt dan zee. Met als gevolg dat de wind die boven land komt, wordt opgewarmt. 

Slide 17 - Slide

Invloed van de zee in de winter:
Hoe verder van de 'warmere' zee, hoe kouder het wordt.
8
2
-5
Winter
In de winter is de situatie net omgedraaid. Omdat de zee in de zomer heeft kunnen opwarmen, is het water in de winter dus nog vrij warm. Met als gevolg dat de lucht die boven de zee hangt, wordt opgewarmd. Dit zorgt ervoor dat in de winter het niet erg koud kan zijn in Nederland. Landinwaarts daarentegen, wordt de lucht weer afgekoeld, waardoor landen die verder van zee liggen een lagere temperatuur hebben dan landen die wel aan zee liggen.

Slide 18 - Slide

Bij een zeeklimaat: zijn de zomer warm, en de winters koel.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

Bij een landklimaat: zijn de zomer's heel warm en de winters juist heel koud
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

Verschillende soorten klimaten 
  • Gematigd klimaat 
  • Middellandse zeeklimaat 
  • Zeeklimaat 
  • Landklimaat  
  • Droogklimaat/steppe klimaat 
  • Koud klimaat

Slide 22 - Slide

Klimaatgrafiek 

Slide 23 - Slide

Waar staat de rode lijn voor in een klimaatgrafiek?
A
Temperatuur
B
Neerslag
C
Hoeveelheid maanden
D
Aantal plantengroei

Slide 24 - Quiz

Waar staan de blauwe staafjes voor in een klimaatgrafiek?
A
Aantal planten die er groeien
B
Temperatuur
C
Neerslag
D
Maanden in het jaar

Slide 25 - Quiz

Opdracht 
Jullie gaan in duo's samen een poster maken over een land. 
De onderwerpen die op de poster moeten komen, staan op het uitlegblad die jullie zelfstandig gaan doornemen. 
Mochten jullie vragen hebben, steek je vinger in de lucht en ik kom langs op de vragen te beantwoorden. 

Slide 26 - Slide

Regels en afspraken
  • Je mag niet rond in de klas lopen, wanneer je stiften of potloden nodig hebt. Loopt 1 iemand van het duo, om deze te pakken. 
  • Er wordt rustig met elkaar overlegd, er wordt niet geschreeuwd door de klas. 
  • Er wordt niet bemoeid met andere groepjes, je bent alleen met jouw duo maatje bezig. 
  • Er mag GEEN gebruikt gemaakt worden van ChatGPT, er wordt gebruik gemaakt van Google en de online lesmethode de GEO 
timer
20:00

Slide 27 - Slide

Afsluiting 
  •  Aan het einde van de les kunnen de leerlingen in hun eigen woorden in de begrippen  klimaat en klimaatgrafiek omschrijven. 
  • Aan het einde van de les kunnen de leerlingen de invloed van zee en reliëf op het klimaat beschrijven. 
  • Aan het einde van de les kunnen de leerlingen deze begrippen toepassen op een willekeurig land. 
  • Aan het einde van de les kunnen de leerlingen een klimaatgrafiek aflezen en verschillende klimaatgrafieken bij klimaten koppelen. 

  • Voor volgende les: Denk eraan om je potloden, stiften mee te nemen voor de poster en eventueel afbeeldingen uitprinten om op te plakken. 

Slide 28 - Slide