Hoofdstuk 9 Meten en redeneren 9.2 + 9.3

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Welkom

Pak je spullen (etui, boek, schrift) voor je.

Je laptop blijft in de tas.

Doelen

Aan het einde van deze les kan/weet jij...

... een driehoek tekenen als de zijden gegeven zijn.

... een driehoek tekenen als één zijde en twee hoeken gegeven zijn.

... wat de eigenschappen van de diagonalen van bijzondere vierhoeken zijn.

... een vierhoek tekenen vanuit de eigenschappen van de vierhoek.

Terugblik

Deellijn tekenen

Stappenplan

1. Hoe groot is de hoek? (Opmeten)

2. Hoeveel graden is de helft van de hoek?

3. Teken deze hoek in de getekende hoek.

9.2 Driehoeken tekenen

• Je leert een driehoek tekenen als de zijden gegeven zijn.
  
• Je leert een driehoek tekenen als één zijde en twee hoeken gegeven zijn.

Van driehoek ABC is AB = 4 cm, AC = 2 cm en BC = 3 cm.

Teken driehoek ABC.

Van driehoek ABC is AB = 4 cm, AC = 2 cm en BC = 3 cm.

Teken driehoek ABC.

Van driehoek DEF is DE = 7 cm, hoek D is 40 graden en hoek E is 55 graden.

Teken driehoek DEF.

Zelfstandig werken

Hoe werk je? – Je mag op fluistertoon met elkaar overleggen.

Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.

                 2. Overleg binnen je rij op fluistertoon of probeer een andere opgave.

                 3. Vraag de docent.

Klaar? – Nakijken daarna laat je werk zien.

Maken? – 9.2 opgave 9, 10, 13, 14, 15

                     9.3 opgave 17 t/m 22

9.3 Vierhoeken

• Je leert wat de eigenschappen van de diagonalen van bijzondere vierhoeken zijn.
• Je leert een vierhoek tekenen vanuit de eigenschappen van de vierhoek.

Wat zijn diagonalen?

Naam
Diagonalen even lang
Diagonalen loodrecht
Delen elkaar middendoor

Naam	Vlieger	Ruit	Parallellogram	Rechthoek	Vierkant
Diagonalen even lang
Diagonalen loodrecht
Delen elkaar middendoor

Opgave 19 samen

Zelfstandig werken

Hoe werk je? – Je mag op fluistertoon met elkaar overleggen.

Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.

                 2. Overleg binnen je rij op fluistertoon of probeer een andere opgave.

                 3. Vraag de docent.

Klaar? – Nakijken daarna laat je werk zien.

Maken? – 9.2 opgave 9, 10, 13, 14, 15

                     9.3 opgave 17 t/m 22