Reactieschema's en reactievergelijkingen

Log in met je mobiel
Pak je boek erbij
Werk de vragen uit in je schrift zodat je er foto's van kan maken

1 / 11
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Log in met je mobiel
Pak je boek erbij
Werk de vragen uit in je schrift zodat je er foto's van kan maken

Slide 1 - Slide

Introductie
  • Introductie
  • Herhalen: reactievergelijkingen kloppend maken
  • Reactieschema's
  • Werken aan 3.2
  • Afsluiting 

Leerdoelen:
LD6: Ik kan uit een verhaal een reactieschema opstellen.
LD7: Ik ben in staat om vanuit een reactieschema een kloppende reactievergelijking te maken.

Slide 2 - Slide


Slide 3 - Open question

Reactieschema's
  • De reactie in woorden met toestandsaanduiding. 

  • Voorbeeld: 
  • Als zink en zuurstof met elkaar reageren ontstaat de vaste stof zinkoxide (ZnO)
  • Reactieschema:   Zink   +   zuurstof   -->   zinkoxide
  •                                  Zink (s) + zuurstof (g) --> zinkoxide (s)
  • Welke stoffen staan voor de pijl en welke erachter?

Slide 4 - Slide

De reactie tussen jood en chloor tot joodtrichloride
Voor
Na
ammoniak
zuurstof
stikstof
water
jood
chloor
joodtrichloride
Ammoniak reageert met zuurstof. Hierbij ontstaan stikstof en water.

Slide 5 - Drag question

Schijf in je schrift de 2 reactieschema's en lever een foto in:

a) Het gas ammoniak reageert met zuurstof. Hierbij ontstaat stikstof en water.
b) De reactie tussen jood (vast) en chloor (gas) tot joodtrichloride (vaste stof).

Laat minstens 5 regels open tussen de 2.

Slide 6 - Open question

Van reactieschema naar reactievergelijking
  • Als zink en zuurstof met elkaar reageren ontstaat de vaste stof zinkoxide (ZnO)
  • Reactieschema:                Zink (s) + zuurstof (g) --> zinkoxide (s)
  • Reactievergelijking:
  •                                                    Zn (s) + O2 (g) --> ZnO (s)
  • Kloppend maken: 
  •                                                    2 Zn (s) + O2 (g) --> 2 ZnO (s)

Slide 7 - Slide

Van reactieschema naar reactievergelijking
  • Als zink en zuurstof met elkaar reageren ontstaat de vaste stof zinkoxide (ZnO)
  • Reactieschema:                Zink (s) + zuurstof (g) --> zinkoxide (s)
  • Reactievergelijking:
  •                                                    Zn (s) + O2 (g) --> ZnO (s)
  • Kloppend maken: 
  •                                                    2 Zn (s) + O2 (g) --> 2 ZnO (s)
De molecuulformules uit 3.3 moet je kennen!

Slide 8 - Slide

Schijf in je schrift de 2 kloppende reactievergelijkingen en lever een foto in:

a) Het gas ammoniak reageert met zuurstof. Hierbij ontstaat stikstof en water.
b) De reactie tussen jood (vast) en chloor (gas) tot joodtrichloride (vaste stof).

Dit past nog in je schrift als het goed is...

Slide 9 - Open question

Voor
Na
aluminium
ammoniumperchloraat
aluminiumchloride
stikstof
aluminiumoxide
waterdamp

Slide 10 - Drag question

Geef het reactieschema met toestandsaanduiding, geef de reactievergelijking en maak deze kloppend.
Werk uit in je schrift en stuur een foto.

Gebruik de elementen en stoffen die je hebt geleerd in hoofdstuk 3.
Het zijn veel stappen, kijk hoe ver je komt.

Slide 11 - Open question