ecologie

ecologie
1 / 71
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 71 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

ecologie

Slide 1 - Slide

Ecologie 

Ecologie is hoe organismen met elkaar samenleven en hoe ze leven in hun omgeving 

Slide 2 - Slide

Maak steeds de juiste keuze:
biotisch / abiotisch
wind
A
biotisch
B
abiotisch

Slide 3 - Quiz

Maak steeds de juiste keuze:
biotisch / abiotisch
regen
A
biotisch
B
abiotisch

Slide 4 - Quiz

Maak steeds de juiste keuze:
biotisch / abiotisch
drijvende vis
A
biotisch
B
abiotisch

Slide 5 - Quiz

factoren
je hebt abiotische factoren en biotiche factoren.

abiotische factoren komen uit de levenloze natuur en biotiche factoren uit levende en dode natuur.

Slide 6 - Slide

Biotisch
Abiotisch
Wind
Lucht
Zuurstof
Water
Grond
Roofvijanden
Soort
genoten
Plant
Bacterie
Voedsel

Slide 7 - Drag question

INDIVIDU
POPULATIE
ECOSYSTEEM

Slide 8 - Drag question

Niveaus in de ecologie



Individu


Individu

Slide 9 - Slide

Populatie
populatie is een groep individuen  in een bepaald (leef)gebied.
Een kudde olifanten.


Slide 10 - Slide

Ecosysteem= gebied en alle populaties dieren en planten daarin.

Slide 11 - Slide

Een koe in een weiland
A
Individu
B
Levensgemeenschap
C
populatie
D
ecosysteem

Slide 12 - Quiz

Alle madeliefjes in een weiland
A
Individu
B
ecosysteem
C
populatie

Slide 13 - Quiz

Voedselweb of voedselketen?
A
Voedselweb
B
Voedselketen

Slide 14 - Quiz

Voedselweb of voedselketen?
A
Voedselweb
B
Voedselketen

Slide 15 - Quiz

Een voedselketen begint ALTIJD met een :
A
dier
B
schimmel
C
bacterie
D
plant

Slide 16 - Quiz


Een juiste voedselketen is:
A
konijn -> havik -> vos
B
gras <- konijn <- vos
C
gras -> konijn -> vos
D
vos -> konijn ->gras

Slide 17 - Quiz

Voedselketen
Pijltje staat voor: 
Wordt gegeten door



elk organisme noem je een SCHAKEL

Slide 18 - Slide

Consument
Producent
Reducent

Slide 19 - Drag question

voedselrelaties
Producenten = planten

Consumenten = dieren (planten eters, vleeseters, alleseters, afvaleters)

Reducenten = bacterien en schimmels

Slide 20 - Slide

wat is een consument?
A
een organisme dat voedsel maakt
B
een organisme dat voedsel eet

Slide 21 - Quiz

Samen leven

Slide 22 - Slide

 Samen leven
Leerdoel:
- Je leert hoe dieren met elkaar samenwerken in een groep;

- Je leert wie de baas is;

- Je leert hoe dieren een partner vinden.

Slide 23 - Slide

Leven in groepen
Groepsdieren werken samen.

Samenwerken gaat volgens een taakverdeling:
"wie doet wat".  

Slide 24 - Slide

De baas in de groep
Het dominante dier is de baas over de onderdanige dieren in de groep.

Rangorde: een groep met dominante en onderdanige dieren, waar iedereen zijn plek kent.

Een rangorde brengt rust in de groep, de regels zijn duidelijk. 

Bij hennen heet de rangorde: pikorde.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Ruzie zonder vechten
Dreigen is het gedrag dat dieren vertonen als ze agressief en bang tegelijk zijn.

Bij dreigen bepaal je wie de sterkste is, zonder te vechten.

Dreigen kan leiden tot overspronggedrag.
Een dier vertoont dan gedrag dat op dat moment niet past.

Slide 27 - Slide

Een partner vinden
Dieren vinden een partner door baltsgedrag te vertonen.

Dieren maken bij de balts gebruik van (overdreven) signalen.

Slide 28 - Slide

Balts
De balts is om:

– Te laten zien dat je wilt paren; 

– Te laten zien hoe sterk of zorgzaam je bent
;

– De angst voor elkaar te verminderen
;

– Gelijktijdig klaar te zijn voor de paring.

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Welke twee vormen van communiceren hebben mensen en dieren?
A
Vrolijk en boos zijn
B
verbaal en non-verbaal
C
Fluisterend en schreeuwend
D
Lachend en huilend

Slide 33 - Quiz

Door welke signalen willen dieren voor hun jonkies zorgen?
A
Gekke signalen
B
Normale signalen
C
Overdreven signalen
D
Gedreven signalen

Slide 34 - Quiz

Voorbeelden van verbaal gedrag zijn: lichaamshouding, geuren, kleuren, bewegingen en geluiden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quiz

Leeuwen en Hyena's vechten tegen elkaar om een dode Bison te eten. Hoe noem je zo een relatie?
A
Symbiose
B
Predatie
C
Concurrentie

Slide 36 - Quiz

Door een zachte winter is er veel gras en wordt de populatie konijnen groter.
Wat gebeurt er met de populatie vossen in dit gebied?
A
De populatie neemt af omdat de konijnen teveel ruimte innemen
B
De populatie neemt af omdat de konijnen teveel holen graven in dit gebied
C
De populatie neemt toe omdat er meer holen zijn voor de vos
D
De populatie neemt toe omdat er meer voedsel is.

Slide 37 - Quiz

Bij veel dieren die in groepen leven is er sprake van een rangorde. Wat is een rangorde?
A
De volgorde van dieren van oud naar jong
B
De volgorde waarin dieren mogen eten
C
Het oudste dier is de baas
D
Ieder dier kent zijn plaats

Slide 38 - Quiz

Wat is een voordeel van een territorium?
A
Bescherming van jongen
B
Beschermen van hoeveelheid voedsel
C
Beschermen van je partner tegen soortgenoten
D
Al deze antwoorden

Slide 39 - Quiz

Populatiegrootte

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Leerdoelen
- Je kunt manieren noemen waarop de mens afhankelijk is van het milieu.
- Je kunt manieren noemen waarop mensen in Nederland de natuur beheren.

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Video

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Slide

Slide 51 - Slide

Slide 52 - Slide

Slide 53 - Slide

Mens en milieu 

Slide 54 - Slide

Hoeveel van de aarde gebruik jij 
Voedsel (Nederlandse boeren) en water (grondwater) komen uit dezelfde omgeving 

Fiets, mobiel, wasmachine, kleiding (andere deel van de wereld)
Je beïnvloedt het milieu op andere plaatsen 

Slide 55 - Slide

Je gebruikt de aarde op 5 manieren
Energie (energiebronnen in de bodem)
Voedsel (boerenbedrijven)
Water
Grondstoffen (ijzer, hout, rubber, katoen)
Afval (mensen produceren afval)

Slide 56 - Slide

Je gebruikt de aarde op 5 manieren
Energie, water, voedsel en grondstoffen komen van de aarde 

Ieder mens haalt wat hij nodig heeft van de aarde en laat er afval op achter 

Om te vergelijken hoeveel van de aarde iedereen gebruikt is er de ecologische voetafdruk bedacht 

Slide 57 - Slide

Ecologische voetafdruk
A
De impact die een persoon heeft op zijn omgeving
B
Als je in de groene verf bent gaan staan
C
Planten die extra hard groeien door klimaatverandering
D
Alles wat vervuilend is

Slide 58 - Quiz

Ecologische voetafdruk 
De grootte van de ecologische voetafdruk is afhankelijk van de leefgewoonten van een land 

Slide 59 - Slide

Welke leefgewoonten spelen een belangrijke rol bij de grootte van de ecologische voetafdruk?

Slide 60 - Open question

Ecologische voetafdruk 
Mensen in arme landen gebruiken 
minder spullen, energie en water 

Slide 61 - Slide

Wie heeft er een grotere ecologische voetafdruk?
A
Keniaan
B
Nederlander
C
Braziliaan

Slide 62 - Quiz

Hoe voorkom je dat aarde uitgeput raakt 
Als mensen meer van de aarde gebruiken dan de aarde kan leveren, ontstaan er problemen 

Tekort aan voedsel, water en grondstoffen 

Uitputting van de aarde is te voorkomen 


Slide 63 - Slide

Wat wordt bedoelt met de 'uitputting' van de aarde

Slide 64 - Open question

Hoe voorkom je dat aarde uitgeput raakt 
Uitputting van de aarde is te voorkomen als mensen weer aanvullen wat ze gebruiken 

In de natuur: voedselkringloop & kringloop van verbranding en fotosynthese 

Alle stoffen die worden gebruikt, worden weer aangevuld 

Slide 65 - Slide

Gesloten kringloop 

Alle stoffen die worden 
gebruikt worden weer
aangevuld 

Slide 66 - Slide

Sleep de juiste cel naar de voedselkringloop.
consumenten
reducenten
producenten
afvaleters

Slide 67 - Drag question

Welke taak heeft elke groep in de voedselkringloop. Sleep de juiste taken naar de juiste groep. 
Producenten
Consumenten
Reducenten
Maken voedingsstoffen door middel van fotosynthese
Gebruiken voedingsstoffen van de planten, geven voedingsstoffen door. 
Zetten voedingsstoffen om in mineralen, water en koolstofdioxide. 

Slide 68 - Drag question

Slide 69 - Slide

DUURZAAM WONEN
DUURZAME KLEDING
DUURZAAM REIZEN
DUURZAAM MET AFVAL
DUURZAAM ETEN
DUURZAAM ENERGIE

Slide 70 - Slide

Duurzame producten

Slide 71 - Slide