This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
UNIT 8
page 189 - ...
Slide 1 - Slide
Hoe vormen we de present continuous? (zie unit 7)
Slide 2 - Open question
Geef een voorbeeldzin met een present continuous.
Slide 3 - Open question
Slide 4 - Slide
Hoe maak je de -ing vorm:
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Als de infinitief eindigt op -e zoals smile, laten we de -e vallen en doen we + ing = smiling.
Slide 7 - Slide
Als de klemtoon ligt op de laatste klinker die gevolgd wordt door een medeklinker zoals bij run, dan gaan we de laatste medeklinker verdubbelen = running.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Noteer hier de antwoorden van de oefening op de vorige slide of upload een foto van de oefening in je boek.
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Slide
Om te zeggen dat iemand iets NIET aan het doen is nu, gebruiken we de negative present continuous. Die vormen we door de negative form van to be + de -ing form.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Bij de vorige oefening moet je negatieve zinnen maken met de present continuous. Kies uit de werkwoorden bovenaan. Schrijf hier de antwoorden of upload een foto.
Slide 14 - Open question
Slide 15 - Slide
Om een vraag te stellen in de present continuous (dus als je wil vragen wat iemand nu aan het doen is) gebruiken we een vorm van to be + onderwerp + ing form. Bv. Is he sleeping right now?
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Je moet vragen stellen en ook beantwoorden met de present continuous. Kies uit één van de werkwoorden bovenaan. Schrijf hier de antwoorden of upload een foto.
Slide 18 - Open question
Slide 19 - Slide
Je moet vragen stellen en ook beantwoorden met de present continuous. Kies uit één van de werkwoorden bovenaan. Schrijf hier de antwoorden of upload een foto.
Slide 20 - Open question
Lees ook nog pagina 204-206 in je boek. Wie wil kan de extra oefeningen maken en ik wil ze dan verbeteren als je ze mij doorstuurt. Volgende week is er nog 1 toets over de present continuous!