5.2 Reactievergelijkingen opstellen les 1

§5.2 Reactievergelijkingen opstellen
1 / 43
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

§5.2 Reactievergelijkingen opstellen

Slide 1 - Slide

Deze les 
  • In stilte de paragraaf doorlezen 
  • Leerdoelen 5.2 bij langs 
  • Opgaven maken 

Slide 2 - Slide

Wat nu doen
  • 5 minuten in STILTE 
  • Lees 5.2 
  • Al klaar daarmee?                                                                                       Maak opgaven van 5.2
timer
5:00

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de systematische naamgeving gebruiken om een naam of molecuulformule van een stof te noteren.
  • Je kunt de reactievergelijking van een verbrandingsreactie opstellen.
  • Je kunt een reactievergelijking opstellen op basis van een omschrijving.

Slide 4 - Slide

Het periodiek systeem

Slide 5 - Slide

Wat is een verbinding?
A
Molecuul dat bestaat uit één atoomsoort
B
Molecuul dat bestaat uit verschillende atoomsoorten

Slide 6 - Quiz

Naamgeving verbindingen
Molecuul-formule
Triviale naam
Systematische naam
H2O
Water
Diwaterstofmonoxide
NaCl
Keukenzout
Natriumchloride

Slide 7 - Slide

Systematische naamgeving

Slide 8 - Slide

Systematische naamgeving
  • In een molecuul staan verschillende atomen en hoe vaak ze voorkomen. 
  • P2O5: difosforpentaoxide 

Slide 9 - Slide

Systematische naamgeving
  • In een molecuul staan verschillende atomen en hoe vaak ze voorkomen. 
  • P2O5: difosforpentaoxide 
  • 1e element (P): gewone naam
  • 2e element (O): zie tabel

Slide 10 - Slide

Er zijn verschillende telwoorden
Getal
Telwoord
1
mono
2
di
3
tri
4
tetra
5
penta

Slide 11 - Slide

We kennen verschillende uitgangen
Laatste element in de formule
uitgang
O
oxide
Cl
chloride
S
sulfide
F
fluoride
I
jodide
P
fosfide

Slide 12 - Slide

Systematisch naamgeving

Slide 13 - Slide

Welke regels gelden er?
  • Bij metaaloxiden geef je een naam zonder telwoorden  
  • Bijvoorbeeld  Na2O = natriumoxide


Slide 14 - Slide

Welke regels gelden er?
  • Het telwoord komt voor de naam van het element (difosfor en niet fosfordi)
  • Het telwoord mono laten we weg voor het eerste element 


Slide 15 - Slide

Welke regels gelden er?
  • CO: koolstofmono-oxide  
  • Het telwoord 'mono' hoeft dus niet bij het eerste element 

Slide 16 - Slide

Systematische naamgeving: CCl4
Stap 1: noteer de cijfers uit de formule met het juiste telwoord  (1 = mono en 4 = tetra)
Stap 2: noteer de symbolen en noteer de naam erachter 
(C = koolstof en Cl = chloride)
Stap 3: zet de telwoorden en de namen in de juiste volgorde achter elkaar
(koolstoftetrachloride)

Slide 17 - Slide

Voorbeelden
  • Koolstofmono-oxide: CO
  • Koolstofdioxide: CO2
  • Fosfortrifluoride: PF3
  • Distikstofmono-oxide: N2O
  • Distikstoftetra-oxide: N2O4




Slide 18 - Slide

Geef de systematische naam van P2Cl5

Slide 19 - Open question

Geef de sytematische naam van N2O5

Slide 20 - Open question

Geef de molecuulformule van distikstofmonoxide

Slide 21 - Open question

Geef de molecuulformule van fosforpentabromide

Slide 22 - Open question

Wat nu doen
  • In duo's (gene naast je)
  • Maak de opgaven bij paragraaf 5.2 
  • Klaar? Nakijken: online of antwoorden staan op MagisterMe
  • Klaar met nakijken? Laten zien aan mij  

Slide 23 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de systematische naamgeving gebruiken om een naam of molecuulformule van een stof te noteren.
  • Je kunt de reactievergelijking van een verbrandingsreactie opstellen.
  • Je kunt een reactievergelijking opstellen op basis van een omschrijving.

Slide 24 - Slide

Er zijn verschillende telwoorden
Getal
Telwoord
1
mono
2
di
3
tri
4
tetra
5
penta

Slide 25 - Slide

We kennen verschillende uitgangen
Laatste element in de formule
uitgang
O
oxide
Cl
chloride
S
sulfide
F
fluoride
I
jodide
P
fosfide

Slide 26 - Slide

Systematisch naamgeving

Slide 27 - Slide

Wat moet je kunnen?
P2O5
difosforpenta-oxide

Slide 28 - Slide

LES 2 VAN 5.2. 

Slide 29 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de systematische naamgeving gebruiken om een naam of molecuulformule van een stof te noteren.
  • Je kunt de reactievergelijking van een verbrandingsreactie opstellen.
  • Je kunt een reactievergelijking opstellen op basis van een omschrijving.

Slide 30 - Slide

Verbrandingsreacties

Slide 31 - Slide

Verbrandingsreactie opstellen
-voor een verbrandingsreactie is altijd zuurstof (O2) nodig
Eindproducten vormen een oxide:

element
naam van het oxide
formule
koolstof
waterstof
zwavel

Slide 32 - Slide

Verbrandingsreactie opstellen
-voor een verbrandingsreactie is altijd zuurstof (O2) nodig
Eindproducten:

element
naam van het oxide
formule
koolstof
koolstofdioxide
CO2
waterstof
water
H2O
zwavel
zwaveldioxide
SO2

Slide 33 - Slide

Stappenplan verbrandingsreactie
Stap 1: Noteer de beginstof(fen) voor de pijl
Stap 2: Noteer O2 voor de pijl
Stap 3: Noteer de eindstoffen (oxiden) na de pijl
Stap 4: maak de reactievergelijking kloppend

Slide 34 - Slide

Reactievergelijkingen kloppend maken

Slide 35 - Slide

Geef de verbrandingsreactie van CS2

Slide 36 - Open question

Geef de verbrandingsreactie van C3H8

Slide 37 - Open question

Voorbeeldopdracht 
Bij de productie van ijzer in een hoogoven reageert ijzeroxide (Fe2O3) met koolstof. De reactieproducten zijn ijzer en koolstofmonoxide.

Slide 38 - Slide

Bij de productie van ijzer in een hoogoven reageert ijzeroxide (Fe2O3) met koolstof. De reactieproducten zijn ijzer en koolstofmonoxide.

Slide 39 - Open question

Om kaliumhydroxide (KOH) te maken moet je KO2 mengen met water. Bij deze reactie ontstaat ook zuurstof.
Noteer het reactieschema in woorden van deze reactie.

Slide 40 - Open question

Om kaliumhydroxide (KOH) te maken moet je KO2 mengen met water. Bij deze reactie ontstaat ook zuurstof.
Maak de kloppende reactievergelijking

Slide 41 - Open question

Wat nu doen
  • Maak de verdere opgaven bij paragraaf 5.2

Slide 42 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de systematische naamgeving gebruiken om een naam of molecuulformule van een stof te noteren.
  • Je kunt de reactievergelijking van een verbrandingsreactie opstellen.
  • Je kunt een reactievergelijking opstellen op basis van een omschrijving.

Slide 43 - Slide